Bescherming
Het Openbaar Ministerie werkt met andere overheden en organisaties hard aan de bescherming van slachtoffers van misdrijven. Ook hebben we samen met politie, werkgevers, werknemers en gemeenten afspraken gemaakt om te voorkomen dat bijvoorbeeld hulpverleners slachtoffer worden van agressie en geweld.
Hieronder geven we antwoord op vragen over uw veiligheid.
Vraag en antwoord
Wanneer u fysiek aangifte doet bij de politie wordt naar uw behoefte aan bescherming gekeken. Daarna wordt beoordeeld of u het risico loopt opnieuw slachtoffer te worden of dat u te maken kunt krijgen met bedreiging of wraak. De politie informeert het OM hierover en met uw toestemming ook Slachtofferhulp Nederland.
Als het nodig is nemen politie en OM maatregelen om u te beschermen. Maatregelen hiervoor zijn het afschermen van uw woon- of verblijfadres bij de aangifte, een contact- of gebiedsverbod of bijstand bij verhoor.
Slachtoffers van een misdrijf hebben te maken met verschillende instanties zoals Politie, Slachtofferhulp Nederland, het Openbaar Ministerie, Schadefonds Geweldsmisdrijven en het Centraal Justitieel Incassobureau. Deze organisaties informeren u via e-mail of post. Op www.MijnSlachtofferzaak.nl kunt u met uw DigiD inloggen en al deze berichten in één digitaal overzicht terugvinden. Op een persoonlijke tijdlijn staat per betrokken organisatie de actuele stand van zaken en kunt u de voortgang van de zaak opzoeken (gestart op of na 1 februari 2020).
Uw persoonlijke gegevens zijn goed beveiligd. Niemand anders kan uw gegevens lezen. En u krijgt ook geen informatie te zien over eventuele andere slachtoffers van uw zaak.
Bent u slachtoffer van een ernstig misdrijf dan willen we voorkomen dat u de dader onverwacht tegenkomt. Daarom informeren wij of het CJIB u over hoe het met de straf van de dader gaat. Als de dader bijvoorbeeld met verlof gaat of vrijkomt, krijgt u een brief. Zie voor meer informatie ook Informatie over vonnis of arrest | CJIB.nl
Soms beslist de rechter dat de dader een tijd geen contact met u mag opnemen of niet in uw buurt mag komen. Verhuist u naar een ander EU-land en wilt u dat het contactverbod ook in dat land geldt? Dan kunt u een Europees beschermingsbevel aanvragen bij de officier van justitie. Deze informeert de dader hierover en stuurt het bevel door naar het land waar u gaat wonen. Dat land neemt de bescherming dan meestal over. De dader mag ook in het buitenland geen contact met u opnemen in dat geval. Houdt de dader zich niet aan het contactverbod en wordt hij aangehouden? Dan beslist de Nederlandse rechter over de straf.
Het Openbaar Ministerie beslist wat er gebeurt met de verdachte als hij is aangehouden. Krijgt hij snel een straf? Gaat het om een ernstig misdrijf en blijft de verdachte in de gevangenis totdat de rechter heeft beslist over de straf? Of mag hij thuis op de behandeling van de strafzaak wachten? Wat we beslissen hangt onder meer af van de ernst van het misdrijf en de veiligheid van het slachtoffer en andere burgers.
Gaat het om zogenaamde kleine misdrijven?
Het Openbaar Ministerie handelt kleinere misdrijven die vaak voorkomen meestal zelf af. Denk bijvoorbeeld aan vernielingen of mishandelingen. Dit betekent dat we na de aanhouding van de verdachte zo snel mogelijk een beslissing nemen over de straf. Dat heeft de volgende voordelen:
- De verdachte krijgt binnen een korte tijd een straf op maat opgelegd. Dat verkleint de kans dat hij snel weer iets strafbaars doet.
- Het vergroot het gevoel van veiligheid bij slachtoffers, buurtbewoners en andere burgers.
- U krijgt snel zekerheid over een eventuele schadevergoeding.
Gaat het om ernstige misdrijven?
Bij ernstige misdrijven beslist de officier van justitie meestal dat de verdachte in voorlopige hechtenis blijft. Dat betekent dat de verdachte vast blijft zitten totdat de rechter heeft besloten wat de straf wordt.
Als werknemer kunt u tijdens uw werk te maken krijgen met agressie en geweld. Denk aan politieagenten, ambulancepersoneel, medewerkers in de zorg etc. Om te zorgen dat u veiliger aangifte kunt doen, kunt u domicilie kiezen op het adres van uw werkgever of op een overheidsadres. Ook kan uw werkgever namens u aangifte doen.
Hoe werkt dat?
U doet zelf aangifte (‘op naam’) maar met vermelding van een ander adres dan uw woonadres, ook wel domiciliekeuze genaamd. Dit kan het adres zijn van uw werkgever, advocaat, het politiebureau of een ander overheidsadres. Alle correspondentie gaat naar dit domicilieadres. Uw woonadres is wel bekend bij politie en OM, maar maakt geen onderdeel uit van het strafdossier (en komt dus niet terecht bij de verdachte of diens advocaat).
Het is ook mogelijk om uw werkgever namens u aangifte te laten doen. Soms gebeurt dat omdat de organisatie daarmee een signaal wil afgeven dat zij agressie en geweld tegen haar personeel niet tolereert. De werknemer legt een verklaring af die deel uitmaakt van het strafdossier. Dit kan op naam of beperkt anoniem als hiervoor beschreven.