OM eist gevangenisstraf tegen verdachte van groepsverkrachtingen in Zwolle
"Verdachte heeft zich al dan niet samen met de medeverdachten schuldig gemaakt aan ernstige verregaande seksuele delicten, ook bij minderjarigen, waarbij hij zijn eigen driften voorop heeft gesteld en totaal over de grenzen en het ‘nee’ zeggen door de slachtoffers is heen gewalst.’’ Met deze woorden motiveerde de officier van justitie vandaag de strafeis, een gevangenisstraf van 4 jaar waarvan 1 jaar voorwaardelijk, tegen een 22-jarige inwoner van Zwolle.
Zijn strafzaak maakt onderdeel uit van een onderzoek naar groepsverkrachtingen in de periode oktober 2020 tot september 2021 in Zwolle. Dit onderzoek werd gestart naar aanleiding van een aangifte in februari 2021. In september van dat jaar werden vier verdachten aangehouden, onder wie twee minderjarigen, die zich nu voor de meervoudige kamer (jeugd) moeten verantwoorden. De verdachten wordt verweten dat ze in wisselende samenstellingen verschillende meisjes hebben verkracht door ze als groep seksueel te overrompelen.
De inmiddels 22-jarige man die vandaag terecht stond, is volgens het OM bij zes zedendelicten betrokken. Het gaat om 2 groepsverkrachtingen – met twee verschillende slachtoffers - en het plegen van ontucht met vier slachtoffers, die destijds tussen de 14 en 16 jaar waren.
Bij de groepsverkrachtingen was volgens de officier van justitie steeds hetzelfde patroon te zien: één van de verdachten nam een meisje mee naar een slaapkamer, waar dan plotseling één of meer van de andere verdachten waren en waar dan steeds met meerdere verdachten tegelijk en/of na elkaar seks met dat meisje was. Alleen al door het feit dat er meerdere jongens aanwezig waren, werd er dwang op de meisjes uitgeoefend, zo benadrukte de officier van justitie. Voor de beoordeling van de zaak is het bovendien van belang dat alle slachtoffers kwetsbare (jonge) meisjes waren, die psychische problemen hadden, in een moeilijke thuissituatie zaten of in een begeleide woonvorm verbleven.
‘’De slachtoffers geven aan als gebruiksvoorwerp te zijn behandeld en zo praatten verdachten ook over ze’’, aldus de officier van justitie: ‘’De verdachten bepaalden ‘wie waar over heen mocht.’ Het behoeft geen lang betoog dat hierdoor veel leed en psychische schade is toegebracht.‘’
De 22-jarige verdachte heeft volgens de officier van justitie een leidende rol gehad. Deskundigen zijn van mening dat de strafbare feiten hem als gevolg van zijn stoornissen in verminderde mate kunnen worden toegerekend. Die stoornissen zouden ook veroorzaken dat de verdachte impulsief handelt en zich moeilijk kan verplaatsen in het gevoel van anderen. De verdachte is wel bereid zich te laten behandelen en daarmee is al een begin gemaakt. Er is volgens de officier van justitie geen reden om jeugdstrafrecht toe te passen.
Alles afwegende komt de officier van justitie tot de volgende strafeis: een gevangenisstraf van 4 jaar waarvan 1 jaar voorwaardelijk. Aan de voorwaardelijke gevangenisstraf moet volgens het OM een proeftijd van 5 jaar gekoppeld worden en bijzondere voorwaarden zoals meewerken aan reclasseringstoezicht, behandeling en begeleid wonen en een contactverbod met de slachtoffers. Ook zou hij aan vier slachtoffers een immateriële schadevergoeding moeten betalen van in totaal 31.000 euro.
In mei stond al een inmiddels 18-jarige verdachte uit Zwolle voor de kinderrechter. Hij was ten tijde van het plegen van de feiten nog minderjarig. Hij hoorde voor drie groepsverkrachtingen en het in vereniging plegen van ontucht 20 maanden jeugddetentie tegen zich eisen.
Donderdag staat nog een 20-jarige verdachte terecht, en moet een inmiddels 19-jarige verdachte achter gesloten deuren voor de kinderrechter verschijnen.