24 maanden cel geëist tegen van ontucht en aanranding verdachte atletiektrainer

De officier van justitie heeft vandaag 24 maanden gevangenisstraf geëist waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaar tegen een 59-jarige man uit Rotterdam die verdacht wordt van aanranding en het plegen van ontucht. De officier acht bewezen dat hij in zijn rol als atletiektrainer vier minderjarige pupillen in de periode tussen 2000 en 2009 heeft misbruikt.

Verdachte ontkent dat het misbruik heeft plaatsgevonden. Het Openbaar Ministerie verwijt de man echter ernstig misbruik te hebben gemaakt van zijn positie als trainer terwijl de meisjes aan zijn zorg, waakzaamheid en opleiding waren toevertrouwd. 

Vertrouwen en afhankelijkheid

De betreffende jonge vrouwen stonden in een afhankelijke positie met hun trainer. Hij heeft tijdens trainingen en trainingskampen misbruik gemaakt van die afhankelijkheid door ontuchtige handelingen met hen te plegen. Met zijn handelen heeft verdachte het in hem gestelde vertrouwen van zowel de – destijds minderjarige - vrouwen als hun ouders fors geschonden. 

Ontwikkeling

De vier aangeefsters zaten in de onzekere pubertijd, middenin hun persoonlijke en seksuele ontwikkeling. Daar komt bij de relatie die verdachte met de aangeefsters had, namelijk die van pupil en trainer. Het is niet voor niets dat deze afhankelijke relatie een strafverzwarende omstandigheid met zich meebrengt en een afzonderlijk strafbaar feit oplevert. "Van een trainer mag je verwachten dat hij iemand verder brengt in haar ontwikkeling, kwaliteiten ondersteunt en zorgt dat ze mentaal en fysiek wordt opgebouwd om haar talent tot bloei te laten komen. Verdachte is daarentegen beschadigend te werk gegaan", aldus de officier van justitie in haar requisitoir.

Houding verdachte

De verdachte zegt in zijn verklaringen dat het destijds gebruikelijk was om pupillen aan te raken. Hij vindt dat, als zijn gedrag ongepast zou zijn geweest, de ouders van de pupillen hem hierop aan hadden moeten spreken. De officier staat hier uitgebreid bij stil tijdens de zitting: "De aangeefsters hadden vanwege hun jonge leeftijd niet altijd meteen door dat het handelen van de verdachte strafbaar was. Ze hadden er een ongemakkelijk en ook naar gevoel bij, maar door hun afhankelijkheid van verdachte durfden ze dit lange tijd niet uit te spreken. Verdachte heeft hier misbruik van gemaakt en daardoor lange tijd ongestraft zijn gang kunnen gaan."

Contact- en beroepsverbod

Behalve de gevangenisstraf heeft de officier van justitie geëist dat de verdachte, voor de duur van 5 jaar, een contactverbod krijgt met de aangeefsters en een beroepsverbod als sporttrainer. Daarnaast wil het Openbaar Ministerie dat de verdachte behandeld wordt bij het centrum voor ambulante forensische geestelijke gezondheidszorg en een meldplicht krijgt bij de reclassering.

Drie van de vier slachtoffers hebben immateriële schadevergoedingen gevraagd variërend van twee- tot ruim vijfduizend euro.