36 maanden cel geëist voor oude gewelds- en zedenzaken
Het Openbaar Ministerie eist 36 maanden cel tegen een 40-jarige man uit Drachten. Hij wordt ervan verdacht in 1997 een prostituee met geweld te hebben beroofd in Leeuwarden en in 1998 een vrouw te hebben verkracht in Delft. Toen zijn celmateriaal werd opgenomen in de DNA-databank bleek het overeen te komen met dat uit de oude zaken.
De 22-jarige prostituee uit Leeuwarden was in juni 1997 overeengekomen dat verdachte met een gouden ketting zou betalen. Na de seks werd ze echter met veel geweld weer van de ketting beroofd. Ruim een jaar later, in juli 1998, werd in Delft een vrouw urenlang verkracht door verdachte, nadat die na een avond stappen met haar mee naar huis was gelopen.
Het DNA van verdachte werd in 2008 opgenomen in de databank na een veroordeling voor mishandeling. Waarom de DNA-match destijds op de plank is gekomen, valt niet meer precies te achterhalen. Voor het Openbaar Ministerie was het evengoed geen reden om de zaak niet op te pakken, toen deze in december vorig jaar weer boven water kwam. Ook niet na twintig jaar. 'Het gaat om twee zulke ernstige misdrijven', stelde de officier van justitie in de rechtszaal, 'niets doen was geen optie.'
Ze is ervan overtuigd dat verdachte degene is die de prostituee heeft beroofd. Zo is in de bosjes waar het gebeurde een condoom met zijn sperma gevonden. In de Delftse zaak vertelt verdachte dat sprake was van vrijwillige seks. Het slachtoffer deed echter nog diezelfde dag aangifte van verkrachting.