“Blijf af van onze werknemers met een publieke taak”
Tijdens de politierechterzitting die vandaag in de Amsterdamse rechtbank werd gehouden stonden vier verdachten voor de rechter op verdenking van het gebruik van geweld of het dreigen met geweld tegen handhavers, een lid van de vrijwillige brandweer en een medewerker van Veilig Thuis. De rechter legde werkstraffen en celstraffen op. De man die ervan verdacht werd op een handhaver te hebben ingereden werd veroordeeld tot een celstraf van drie maanden.
De officier van justitie over de rode draad van de themazittingen: “In alle zaken die vandaag op zitting staan zijn de slachtoffers medewerkers met een publieke taak: verkeersregelaars, brandweer, medewerkers handhaving en toezicht en een medewerker van Veilig Thuis. Het Openbaar Ministerie treedt extra stevig op als er sprake is van strafbare feiten tegen hen. Het zijn degenen die voor ons allemaal de stad veilig en leefbaar houden. Als zij in hun functie worden bedreigd, beledigd of mishandeld, dan raakt dat meer dan alleen henzelf. Zij moeten hun werk in veiligheid kunnen doen. Als dat niet kan wordt de hele stad geraakt. Het Openbaar Ministerie gaat eerder naar zitting met een zaak en eist hogere straffen, om te laten zien: blijf af van onze werknemers met een publieke taak.”
Hieronder de vier behandelde zaken:
1. En 48-jarige man stond voor de rechter omdat hij ervan verdacht werd te hebben ingereden op het slachtoffer. Het slachtoffer werkt in de garage waar mensen hun weggesleepte auto kunnen ophalen nadat ze de boete hebben betaald. De verdachte zou zonder zijn boete betaald te hebben in zijn auto zijn gestapt en op de handhaver zijn ingereden, die nog net op tijd kon wegspringen. De man had gevreesd voor zijn leven toen hij de auto met hoge snelheid om hem af zag komen. De officier van justitie eiste drie maanden onvoorwaardelijke celstraf, ontzegging van de rijbevoegdheid voor de periode van één jaar en toewijzing van de vordering van het slachtoffer van € 600,= voor immateriële schade. De rechter ging niet mee met de ontzegging van de rijbevoegdheid. Ze veroordeelde de man tot drie maanden cel. Ook moet hij € 600,= schadevergoeding aan het slachtoffer betalen.
2. Een 63-jarige wordt ervan verdacht op 23 juni 2016 in Aalsmeer een lid van de vrijwillige brandweer met gebalde vuist in het gezicht te hebben geslagen. Dat gebeurde toen de brandweerman - na het blussen van een brand op weg terug naar de kazerne – bijstand verleende bij een aanrijding. Toen hij wilde voorkomen dat een van de betrokken bestuurders wilde wegrijden, werd hij vol in het gezicht geslagen. De verdachte bleek te hebben gedronken. De officier eiste wegens de mishandeling van de brandweerman een werkstraf van 40 uur, wegens zijn gevaarlijke rijgedrag een geldboete van € 500,= en wegens het rijden onder invloed een geldboete van € 1000,=. Daarnaast eiste ze toewijzing van de vordering van het slachtoffer van € 1000,=. Ook eiste ze een voorwaardelijk ontzegging van de rijbevoegdheid van negen maanden met een proeftijd van twee jaar. De rechter vonniste geheel conform de eis van de officier van justitie.
3. Een 50-jarige man stond voor de rechter omdat hij ervan verdacht wordt een medewerker van Veilig Thuis op zijn voicemail te hebben bedreigd. Volgens de verdachte was hij op dat moment zo dronken dat hij zich niets meer van het voorval kon herinneren. De officier eiste een gevangenisstraf van drie weken waarvan twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke werkstraf van 40 uur en toewijzing van de vordering van het slachtoffer van € 300,=. De rechter veroordeelde de man tot drie weken voorwaardelijke celstraf met een proeftijd van drie jaar en de tenuitvoerlegging van de werkstraf van 40 uur. Ook moet de man € 300,= aan het slachtoffer betalen.
4. Een 28-jarige man – een taxichauffeur - wordt ervan verdacht op 1 april 2017 op het Leidseplein op twee verkeersregelaars te hebben ingereden. De man wordt vervolgd voor poging toebrengen zwaar lichamelijk letsel. De officier eiste drie maanden cel, ontzegging van de rijbevoegdheid voor een periode van een jaar en toewijzing van de vordering van het slachtoffer van € 600,= De politierechter achtte de poging toebrengen zwaar lichamelijk letsel niet bewezen. Ze veroordeelde de man voor bedreiging tot een werkstraf van 200 uur en ze wees de vordering van het slachtoffer toe. Wat betreft de ontzegging van de rijbevoegdheid ging ze niet met de officier mee.