OM wil alsnog celstraf voor verdachte in zaak dodelijke ruzie in Dedemsvaart
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft tegen een 49-jarige man uit Dedemsvaart een gevangenisstraf van negen jaar geëist. Hij wordt verdacht van het neersteken van een 34-jarige man in zijn woonplaats. Dat gebeurde in de nacht van 2 op 3 augustus 2018 na een heftige ruzie.
De neergestoken man is met een mes in zijn borst gestoken door de verdachte. Volgens de aanklager in hoger beroep, de advocaat-generaal, is er sprake van doodslag. De rechtbank in Zwolle ontsloeg de verdachte in haar vonnis van 21 februari 2019 van alle rechtsvervolging wegens een geslaagd beroep op noodweerexces. Dit betekent dat hij niet strafbaar is. De officier van justitie was het daar niet mee eens en ging in hoger beroep.
Buiten kijf
Het staat buiten kijf dat de verdachte het slachtoffer heeft doodgestoken. Aan de orde is de vraag of de verdachte strafbaar heeft gehandeld en dat daar in de ogen van het OM strafrechtelijke consequenties aan moeten worden verbonden. In dit geval een gevangenisstraf. De verdachte kan immers ontslagen worden van alle rechtsvervolging als er sprake is van bepaalde noodweersituaties. Daarvoor is een aantal criteria. Daaraan is volgens de aanklager in hoger beroep, de advocaat-generaal (AG), niet voldaan.
Geen gevolg van dreigende aanval
Het slachtoffer kwam met veel kabaal verhaal halen bij het huis van de verdachte en zijn vrouw. Uiteindelijk kwam hij ook binnen en liet hij zich slecht wegsturen. Daarnaast riep hij lelijke en pijnlijke dingen over de verdachte en zijn eveneens aanwezige vrouw.
De AG snapt dat door het handelen van het slachtoffer de verdachte boos en gekwetst was. Maar dat is nog geen reden om iemand dood te steken. “Het is geen boosheid die het gevolg is geweest van een aanval of dreigende aanval van het slachtoffer. Ook is het niet te begrijpen of acceptabel dat de verdachte in dit geval voor dodelijk geweld koos.”
Niet straffeloos
Daarom eist de AG een gevangenisstraf, waarbij hij rekening houdt met het feit dat de verdachte in het verleden nauwelijks in aanraking is geweest met justitie. Ook toont hij begrip voor de onzekerheid waarin de man na het vonnis van de rechtbank leeft. “Toch is het voor mij onbestaanbaar dat het steken met een mes, laat staan als dat een dodelijke steek is, straffeloos zou moeten blijven.”
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden laat na de inhoudelijke behandeling weten wanneer het uitspraak doet.