OM eist in hoger beroep opnieuw 5 jaar gevangenisstraf voor zuuraanval in PI
Het Openbaar Ministerie (OM) in Amsterdam eiste in hoger beroep een gevangenisstraf van vijf jaar tegen een man die ovenreiniger in het gezicht van een medegevangene zou hebben gegooid. Het slachtoffer raakte door de aanval vrijwel volledig blind.
Het incident vond plaats in november 2016 in de gevangenis in Heerhugowaard. Het slachtoffer zou een dag voor de aanval door verdachte en groep medegevangenen zijn gewaarschuwd. Een dag later liep hij over de hal en kreeg hij een beker met bijtende vloeistof in het gezicht gegooid. Wat het OM betreft staat voorbedachte rade vast.
De verdachte ontkent degene te zijn geweest die de aanval heeft uitgevoerd. In de visie van de advocaat-generaal blijkt uit het onderzoeksdossier echter dat verdachte, samen met twee anderen, op die gang aanwezig zijn geweest op het moment van de aanval. Een van die medeverdachten werd eerder onherroepelijk vrijgesproken, de zaak tegen de ander werd geseponeerd vanwege gebrek aan bewijs.
Het OM eiste in eerste aanleg ook een gevangenisstraf van vijf jaar. De rechtbank ging daar in mee. Daarnaast oordeelde de rechtbank dat verdachte een bedrag van ruim 186.000 euro aan schadevergoeding moet betalen aan het slachtoffer. Verdachte ging tegen de uitspraak in hoger beroep.
De advocaat-generaal drukte ter zitting de ernst van het feit uit: “Wat aangever door verdachte is aangedaan, is een daad van buitengewone agressie. De gevolgen zijn afschuwelijk en onomkeerbaar. Aangever zal nooit meer kunnen zien zoals hiervoor. Hij heeft al meerdere operaties moeten ondergaan en zijn situatie kan ook nog verslechteren in de loop der tijd. Niets kan een rechtvaardiging vormen om een ander zoiets gruwelijks aan te doen.”
Het hof doet uitspraak op 13 maart 2019.