Eis OM: geen voorwaardelijke invrijheidstelling voor Michael P.
De officier van justitie heeft vandaag bij de Rechtbank Gelderland geëist dat de voorwaardelijke invrijheidstelling van Michael P. (27) geheel achterwege blijft. Dat betekent dat hij volgens het Openbaar Ministerie de volledige twaalf jaren gevangenisstraf uit moet zitten die hem in 2012 door het Gerechtshof Arnhem werden opgelegd.
Op 9 oktober 2017 werd de 27-jarige P. aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij de vrijheidsberoving en dood van Anne Faber. De rechter-commissaris van de rechtbank Midden-Nederland stelde hem voor die feiten op 12 oktober 2017 in bewaring. De raadkamer beval op 19 oktober 2017 de gevangenhouding, waarbij inmiddels duidelijk was dat P. er ook van wordt verdacht Anne Faber te hebben verkracht.
Normaliter komt iemand die veroordeeld is tot een gevangenisstraf van meer dan een jaar in aanmerking voor voorwaardelijke invrijheidstelling. Dat betekent dat hij na tweederde van zijn straf onder voorwaarden vrij kan komen. Die regeling is bedoeld om de maatschappij te beschermen door de veroordeelde geleidelijk te laten re-integreren. Hoewel het verlenen van voorwaardelijke invrijheidstelling regel is, kunnen daarop wel uitzonderingen worden gemaakt. Een van de uitzonderingen die de wet kent, is dat de veroordeelde zich na aanvang van de tenuitvoerlegging van de straf ernstig heeft misdragen. Er is sprake van ernstige misdragingen indien blijkt van een sterke verdenking (‘ernstige bezwaren’) van nieuwe strafbare feiten.
Daarvan is volgens het OM bij P. sprake. De feiten waarvan P. thans wordt verdacht, zijn begaan terwijl hij de eerder door het Hof opgelegde straf van twaalf jaren uitzat -zij het op dat moment in een kliniek waar hij ook vrijheden had. In de visie van het OM betekent dat dat er sprake is van zeer ernstige misdragingen begaan na aanvang van de tenuitvoerlegging van een straf.
Daarom heeft de officier van justitie bij de rechtbank Gelderland geëist dat de voorwaardelijke invrijheidstelling helemaal achterwege blijft. Deze vordering moet worden behandeld door de rechtbank Gelderland omdat deze rechtbank destijds ook in eerste aanleg over de zaak heeft geoordeeld. Als de rechtbank de eis van de officier van justitie volgt, moet P. de volledige straf van twaalf jaren uitzitten, terwijl hij anders na acht jaren voor voorwaardelijke invrijheidstelling in aanmerking was gekomen.
De nieuwe strafzaak tegen Michael P. wordt op 23 maart hervat voor de rechtbank Midden-Nederland.