In hoger beroep 13 jaar cel geëist voor doden Utrechtse kaasboer
De advocaat-generaal (OM) in Arnhem heeft in hoger beroep 13 jaar cel geëist tegen een inmiddels 49-jarige man. In de visie van het OM heeft hij zich op 15 mei 2014 schuldig gemaakt aan het doden van een 76-jarige man in Utrecht.
Het slachtoffer stond bekend als ‘de kaasboer’ omdat hij met een marktkraam kaas verkocht bij een supermarkt. ’s Avonds werkte hij als taxichauffeur en bracht prostituees naar de tippelzone. Op die manier was hij een bekende in het verslaafdenmilieu. Zo was het gekomen dat de verdachte en zijn vriendin bij hem in huis kwamen te wonen. Zij was zwanger en kon haar werk als prostituee niet meer doen en mocht ook niet meer gebruiken. Ook hielp de kaasboer de verdachte met het beheer van zijn geld.
Wat precies het motief of de aanleiding was tot de doodslag, is lopende het onderzoek niet duidelijk geworden. De verdachte zelf ontkent iets te maken te hebben met de dood van het slachtoffer. Het bewijs tegen de verdachte is vooral gelegen in aangetroffen kleding. Deze werd, samen met een telefoon, gevonden in een vuilniszak die met een vuilnisboot op weg was van Utrecht naar Rotterdam. Op de aangetroffen kleding van de verdachte zat niet alleen DNA van de verdachte maar ook bloed, huid- en hersenweefsel van het slachtoffer.
De advocaat-generaal vindt dat alleen lange celstraf recht doet aan de ernst van de feiten en de impact daarvan.
De rechtbank veroordeelde de verdachte tot tien jaar cel, na een eis van dertien jaar. De verdachte ging in hoger beroep.
Uitspraak (naar verwachting) op 3 juli.