Reactie OM inzake richtlijnen

Het Openbaar Ministerie maakt - vanuit een landelijk uniform strafvorderingsbeleid - landelijke strafvorderingsrichtlijnen. Deze richtlijnen geven officieren van justitie richting bij het afdoen van strafzaken. Iedere strafzaak staat op zichzelf, het OM levert in elke zaak maatwerk. De strafvorderingsrichtlijnen bieden de ruimte om tot een op de zaak toegesneden afdoening te komen.

Zedenzaken

In zedenzaken wordt onder andere gebruik gemaakt van de richtlijn voor strafvordering seksueel misbruik van minderjarigen. Het gaat in zedenzaken vaak om complexe situaties en omstandigheden waarbij meerdere factoren en belangen een rol spelen, zoals het belang van het slachtoffer, de omstandigheden van het delict, de kans op recidive, rapporten van deskundigen en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. 

Vanuit het strafrecht is – naast proportioneel straffen - het voorkomen van herhaling van het strafbare feit (recidive) een belangrijk doel. Zowel de verdachte als de maatschappij kunnen in bepaalde zaken het meest gebaat zijn bij gerichte behandeling en aanpak van onderliggende problematiek. Dit kan een reden zijn voor de officier van justitie om – in plaats van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf - een deels voorwaardelijke straf, bijzondere voorwaarden of toezicht in de strafeis op te nemen. 

In de richtlijn wordt hier ook ruimte voor geboden. In de toelichting is expliciet opgenomen dat als basisstraf steeds een onvoorwaardelijke gevangenisstraf wordt genoemd, maar dat – indien de specifieke omstandigheden van de zaak daartoe aanleiding geven - kan worden gekozen voor een andere strafmodaliteit of strafsoort. De aanwijzing heeft hier uitdrukkelijk op ingezoomd door te bepalen dat er naast de strafmaattabel altijd door de beoordelaar maatwerk moet worden geleverd en dat er wordt bezien of er plaats is voor een andere strafmodaliteit of strafsoort of voorwaardelijke variant. Dit is aan de officier van justitie om te bepalen, waarbij de officier rekening houdt met de omstandigheden van het geval en de persoon van de verdachte. 

Landelijke commissie

De strafvorderingsrichtlijnen worden gemaakt - of aangepast - door de landelijke commissie strafvorderingsrichtlijnen (LCS). Vanuit elk parket is een officier van justitie of advocaat-generaal lid van deze LCS. Bij specialistische richtlijnen - zoals bijvoorbeeld voor mensenhandel, zeden of verkeer - worden de richtlijnen gemaakt door de officieren die die expertise in portefeuille hebben. Uiteindelijk stelt het College van procureurs-generaal de richtlijnen vast.

Evaluatie richtlijnen 

Het OM vindt het belangrijk om periodiek zijn richtlijnen tegen het licht te houden en deze – indien nodig – te evalueren. Sinds de ingangsdatum van de richtlijn voor strafvordering seksueel misbruik van minderjarigen is inmiddels enige tijd verstreken en de landelijke commissie straftoemeting van het OM zal deze richtlijn evalueren in het licht van de maatschappelijke, juridische en politieke opvattingen over deze ernstige misdrijfzaken.