OM eist 8,5 jaar en geldboete voor invoeren van cocaïne in transporten fruitpulp
Het Landelijk Parket van het Openbaar Ministerie (OM) heeft zojuist voor de rechtbank Oost-Brabant 8,5 jaar gevangenisstraf en een geldboete van 30.000 euro geëist tegen twee verdachten van de invoer van twee transporten met cocaïne in voorjaar en najaar 2018. De verdachten zijn twee mannen van 51 en 61 jaar afkomstig uit Lelystad.
Het OM verdenkt het duo ervan tezamen en in vereniging twee transporten met cocaïne te hebben ingevoerd. Het betreft een transport van ongeveer 83,5 kilo cocaïne dat in Nederland en België is ingevoerd in de periode van 1 februari 2018 tot en met 29 maart 2018. En een tweede grote hoeveelheid die in Nederland is ingevoerd in de periode van 1 oktober 2018 tot en met 15 oktober 2018. Volgens een rapport over die laatstgenoemde partij dat het Nederlands Forensisch Instituut op 10 mei 2019 uitbracht, op basis van bemonstering, gaat het om ruwweg 208 kilo cocaïne.
Vaten ananas- en aardbeienpulp
Op 12 oktober 2018 heeft de Douane in Antwerpen een container met 120 vaten bevroren ananas- en aardbeienpulp gecontroleerd. Bij deze controle is gebleken dat een aantal vaten met fruitpulp cocaïne bevat. Hierop heeft de Douane de vaten in beslag genomen. De Belgische autoriteiten hebben Nederland op de hoogte gebracht van deze vondst. Hierop is in Nederland onderzoek 26Marino gestart.
De container met vruchtenpulp was bestemd voor een bedrijf in Almere, dat op naam staat van de 61-jarige verdachte. Vaststaat dat beide partijen door het bedrijf van de verdachte zijn gekocht en dat het importeren van fruit/fruitpulp de bedrijfsactiviteit van dit bedrijf is.
Uit de bij die doorzoeking in beslag genomen documenten, is gebleken dat het bedrijf in maart 2018 een container met ananassen vanuit Zuid-Amerika via de haven van Antwerpen had laten vervoeren. De Douane in Antwerpen heeft in die container 83,5 kilo cocaïne met de deklading van ananassen gevonden. Het NFI heeft monsters genomen en getest: cocaïne.
Onmisbare schakel in internationale drugshandel
De verdachten hebben zich volgens het OM schuldig gemaakt aan tweemaal de invoer van een grote hoeveelheid cocaïne. De verdachten hebben zich hierdoor begeven op het terrein van grootschalige internationale handel in verdovende middelen. De officier van justitie op zitting: ‘Hun bijdrage was een onmisbare schakel in de instandhouding van het illegale circuit van de handel in harddrugs.’
Een respectabele handelaar in fruit heeft geen reden zijn gesprekken af te schermen. Het is een feit van algemene bekendheid dat hoofdzakelijk criminelen gebruik maken van een Pgp-telefoon. Bovendien is geen administratie over 2018 aangetroffen, maar wel twee grote zakken met papiersnippers. De ontbrekende documentatie in combinatie met contante stortingen van grote geldbedragen dragen bij aan de verdenking, aldus de officier van justitie.
Het OM op zitting: ‘Algemeen bekend is dat de handel in cocaïne gepaard gaat met zware criminaliteit. Daarnaast heeft het gebruik van cocaïne ook nadelige maatschappelijke gevolgen, zoals gezondheidsschade voor gebruikers. Het OM is van mening dat hiertegen hard moet worden opgetreden en – ook in deze strafzaak- lange gevangenisstraffen passend zijn.’
Uitspraak
De zaak gaat vanmiddag verder met de pleidooien. De rechtbank doet over twee weken uitspraak, op 17 maart.