OM treft schikking met Nederlandse jachtbouwer voor gebruik van fout hout

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een schikking getroffen van €150.000 euro met een Nederlandse jachtbouwer. Bij de bouw van een zogenaamd superjacht, heeft het bedrijf Myanmarees teakhout gebruikt dat niet voldoet aan de regels die in de Europese Houtverordening (EUTR) beschreven staan.

Europese Houtverordening

Het OM startte in maart 2022 een strafrechtelijk onderzoek naar de jachtbouwer, nadat er signalen binnen kwamen over het gebruik van teakhout uit Myanmar voor het dek van een superjacht. Voor de invoer van (teak)hout naar de Europese Unie gelden strenge eisen die in de Europese Houtverordening (EUTR) zijn vastgelegd. De bedoeling is dat daarmee illegale kap van tropisch bosgebied wordt tegengegaan. In 2017 heeft een expertcommissie van de EUTR beschreven dat het ten aanzien van hout uit Myanmar vrijwel onmogelijk is om aan de eisen van de EUTR te voldoen. Deze vereisten gelden voor de partij die het hout aanvankelijk op de Europese markt inbrengt. Uit het onderzoek is gebleken dat de jachtbouwer in kwestie alle documentatie voor het op het dek van het jacht aangebrachte hout op orde had. Hiervoor kan de jachtbouwer dan ook geen verwijt worden gemaakt. Het onderzoek wijst uit dat het Myanmarees teakhout dat is gebruikt voor het dek van het schip door een Duitse houthandelaar op de Europese markt is gebracht. Deze houthandelaar heeft daarbij mogelijk niet heeft voldaan aan de eisen van de EUTR. Deze informatie is aan de Duitse autoriteiten overgedragen.

Aansprakelijk voor een andere partij hout

Gedurende het strafrechtelijk onderzoek bleek dat de jachtbouwer in 2022 ook producten gemaakt van Myanmarees teakhout heeft ingekocht bij een Turks houtbewerkingsbedrijf. Het ging om houten meubelen en overig hout voor de afwerking van het schip. Voor deze producten geldt wél dat de jachtbouwer het hout als eerste op de Europese markt heeft gebracht. Dit hout voldoet niet aan de vereisten van de EUTR, omdat de jachtbouwer niet heeft onderzocht wat de herkomst van dit hout was. Het is dus niet meer vast te stellen is of dit hout legaal of illegaal is gekapt.

Schikking

De jachtbouwer erkent dat zij ten aanzien van de import van dit hout niet aan de eisen van de EUTR heeft voldaan. Zij geeft aan zich ten tijde van de import van het hout uit Turkije ten onrechte niet te hebben gerealiseerd dat zij de partij was die aan de zorgvuldigheidsvereisten van de EUTR diende te voldoen. De jachtbouwer heeft aangegeven nooit de intentie gehad te hebben de EUTR regelgeving te overtreden. Zij erkent het belang van de EUTR wetgeving en betreurt het ten zeerste dat dit is voorgevallen. In 2019 heeft de jachtbouwer reeds besloten dat zij bij nieuwe opdrachten in het geheel geen Myanmarees teakhout meer zal toepassen. De start van de bouw van het schip waarop het Myanmarees hout is gebruikt stamt evenwel van vóór 2019. Dit is het laatste schip waarop de jachtbouwer dit hout toegepast heeft. Omdat de jachtbouwer het voorval heeft bekend en volledig gestopt is met het gebruiken van Myanmarees teakhout, heeft het OM besloten de geconstateerde overtreding van de EUTR met een strafbeschikking van €150.000 af te doen.