Celstraffen geëist voor seksuele uitbuiting jonge vrouw
Het Openbaar Ministerie (OM) Oost-Nederland heeft voor de rechtbank in Almelo gevangenisstraffen van 4 jaar en 3 jaar waarvan 1 jaar voorwaardelijk geëist tegen een 21-jarige man en een 25-jarige vrouw voor mensenhandel. De twee worden ervan verdacht een jonge vrouw te hebben gedwongen tot prostitutie. Dat zou zich vorig jaar hebben afgespeeld in onder meer Enschede en Hengelo.
Dat de vrouw gedwongen zou zijn tot seksafspraken kwam aan het licht tijdens een onderzoek naar een overval op een man in Enschede in oktober 2019. Deze man werd overvallen toen hij dacht een seksafspraak te hebben met een jonge vrouw - het slachtoffer in deze strafzaak. De twee verdachten zijn in juni 2020 voor onder meer deze overval veroordeeld tot celstraffen.
Volgens de officier van justitie is de vrouw gedwongen tegen betaling seksuele diensten te verrichten, hetgeen een vorm van mensenhandel is. Ze zou in de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 november 2019 zijn opgenomen in de vriendengroep waar de verdachten deel van uitmaakten, maar “de vriendschap was geveinsd en slechts een middel haar zover te krijgen om seksuele diensten te verrichten”, aldus de officier van justitie. “De verdachten waren er vooral op uit om geld aan haar te verdienen.”
De verdachten zouden seksadvertenties voor haar hebben aangemaakt, seksueel getinte foto’s van haar hebben verstuurd en/of verkocht, seksafspraken voor haar hebben gemaakt en haar daar naartoe hebben gebracht. “Het geld dat ze daarvoor kreeg verdween grotendeels in de zakken van verdachten”, aldus de officier van justitie. De vrouw zou in een constante sfeer van geweld, dreigingen en/of intimidatie hebben verkeerd, en kon zich daaraan niet onttrekken.
Het Openbaar Ministerie acht mensenhandel wettig en overtuigend bewezen. Het dossier bevat voldoende verklaringen, filmpjes en chats waaruit “de slechte bedoelingen van verdachten blijken, en dat er van vrijwillige prostitutie, zoals de verdachten willen doen geloven, geen sprake is”, aldus de officier van justitie. “Er is sprake van een forse inbreuk op haar lichamelijk en geestelijke integriteit. Het zal moeilijk voor het slachtoffer zijn om hier bovenop te komen, en opnieuw vertrouwen te krijgen in vriendschappen.”
De officier van justitie vindt voor de 21-jarige man een gevangenisstraf van 4 jaar passend. Tegen de 25-jarige vrouw heeft hij een gevangenisstraf van 3 jaar geëist, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar en een behandelverplichting.