Gevangenisstraf geëist voor mensenhandel en -smokkel in Friesland
In de rechtbank in Leeuwarden eiste de officier een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden tegen een 38-jarige man uit Almere. Hij wordt verdacht van seksuele uitbuiting van meerdere vrouwen, mensensmokkel, witwassen, oplichting en valsheid in geschrifte. De officier begint met een citaat uit aangetroffen chats, die wat hem betreft de zaak in de kern typeert: “we maken daar een heel hoerhuis van”.
Verdachte zou begin 2024 een aantal maanden met vervalste documenten en door middel van oplichting meerdere woningen in Friesland hebben gehuurd. Die woningen verhuurde hij vervolgens aan prostituees veelal afkomstig uit Oost-Europa en Zuid-Amerika. Daarvoor moesten zij 100 euro per dag aan verdachte betalen. Volgens het OM heeft verdachte zijn slachtoffers bewust benaderd in de wetenschap dat van zij van anderen afhankelijk waren. Deze afhankelijkheid stelde de verhuurder in staat buitensporig hoge huurbedragen te vragen.
Uit het dossier komt het beeld naar voren van kwetsbare vrouwen, die de taal niet spreken en in Nederland geen sociaal netwerk hebben. Het niet beheersen van de taal brengt buitenlandse slachtoffers van mensenhandel doorgaans in een extra kwetsbare positie. Ook het illegale karakter van hun verblijf draagt hier in sterke mate aan bij en creëert een afhankelijkheidssituatie ten aanzien van huisvesting en verblijf. De vrouwen leven in grote angst voor de politie en het kwijtraken van hun verblijfvergunning
De officier: “Schrijnend is dat de vrouwen hier vaak werken om in het levensonderhoud van familie in het land van herkomst te voorzien en veelal geen andere keuze hebben.”
Volgens de officier heeft verdachte slechts één doel en dat is financieel gewin. “De vrouwen, die hij in chats bestempelt als die “domme wijven”, “chickies” en “motjes” spelen een ondergeschikte rol en moeten zich ten dienste stellen van dat door hem beoogde doel. Verdachte misbruikt daarbij hun afhankelijkheidsrelatie en de kwetsbare situatie waarin zij zich bevinden.”
Op basis van het onderzoek en de behandeling van de zaak ter zitting, vindt de officier van justitie dat de verdachte samen met anderen kwetsbare vrouwen heeft uitgebuit. De verdachte heeft misbruik gemaakt van hun afhankelijke en kwetsbare situatie, en heeft financieel geprofiteerd van hun werk of diensten. Daarbij heeft hij hun waardigheid en recht op zelfbeschikking opzijgezet om zijn eigen belangen en hebzucht te dienen.
Volgens het Openbaar Ministerie heeft de verdachte hiermee zwaar ingegrepen in de geestelijke en lichamelijke integriteit van de slachtoffers, wat vaak leidt tot ernstige psychische en emotionele schade. Naast mensenhandel wordt de verdachte ook beschuldigd van mensensmokkel, fraude met documenten, oplichting en witwassen. In al deze zaken lijkt financieel gewin zijn belangrijkste drijfveer te zijn geweest.
De verdachte heeft volgens het OM met vervalste zorgdiploma’s gewerkt, wat een groot risico vormt voor kwetsbare mensen in onze samenleving die zorg nodig hebben. "Hij heeft weinig medeleven getoond en niet ingezien dat hij hiermee patiënten en cliënten niet de zorg heeft geboden die zij verdienden. Het Openbaar Ministerie neemt hem deze onverschilligheid tegenover maatschappelijke regels en kwetsbare mensen zeer kwalijk", aldus de officier.
Op 30 december sluit de rechtbank de behandeling ter zitting en doet op 13 januari uitspraak.