Witwassen miljoenen euro’s: OM eist vijf jaar celstraf

De officier van justitie van het Openbaar Ministerie Noord-Holland (OM) heeft op dinsdag 6 april een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vijf jaar geëist tegen een 30-jarige man. Het OM acht hem schuldig aan het witwassen van miljoenen euro’s en deelname aan een criminele organisatie, over een periode van meer dan tweeëneenhalf jaar. Ook houdt het OM hem verantwoordelijk voor een gewapende overval, in vereniging gepleegd, op een telefoonwinkel te Beverwijk op 27 mei 2019.

Witwassen

Volgens het OM heeft verdachte tussen januari 2017 en juli 2019, in nauwe samenwerking met een 38-jarige medeverdachte, grote contante geldbedragen opgehaald bij bedrijven in Rotterdam en Beverwijk. Dat geld stortte hij op bankrekeningen van fictieve bedrijven en lege BV’s op naam van katvangers of zichzelf. Verdachte boekte het geld vervolgens over, bijvoorbeeld naar andere fictieve ondernemingen, of naar telecombedrijven op een bedrijventerrein in Beverwijk die vermoedelijk belang hadden bij de ontvangst van witgewassen geld. Aan de overboekingen lagen valse facturen ten grondslag, om de overboeking een legaal voorkomen te geven. Van een redelijk en logisch bedrijfseconomisch doel was geen sprake. Verdachte was volgens het OM onderdeel van een witwasconstructie en heeft dat dusdanig frequent en langdurig gedaan, dat het OM gewoontewitwassen in vereniging bewezen acht.

Criminele organisatie

Tevens verwijt het OM verdachte deelname aan een criminele organisatie. De duur van de criminele activiteiten, de betrokkenheid van meerdere personen, waaronder die van medeverdachte, en de omvang van het witgewassen geld (meer dan 17 miljoen euro), maakt dat verdachte zich langere tijd heeft beziggehouden met het in stand houden van ondergrondse ondermijnende activiteiten. Dit tast het financiële en economische verkeer aan.

Gewapende overval

Het OM acht het medeplegen van een diefstal met geweld op 27 mei 2019 bewezen. Van deze gewapende overval op een telefoonwinkel heeft verdachte aanvankelijk aangifte gedaan als slachtoffer van de overval. Later heeft hij verklaard dat zijn aangifte vals was, en dat hij kort voor en tijdens de overval, en in opdracht van de medeverdachte, aanwezig was om de winkelmedewerker af te leiden en zodoende tijd te rekken totdat de overvallers het pand betraden. Dit blijkt ook uit camerabeelden en wordt ondersteund door de verklaring van de eigenaar van het overvallen bedrijf, die nadien het idee had dat verdachte betrokken was bij de overval op zijn winkel.

Strafeis

Het OM acht de ten laste gelegde feiten bewezen en eist een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vijf jaar. Verdachte heeft bekennend en belastend verklaard over het witwassen en de overval, zowel ten aanzien van zichzelf als jegens anderen, waaronder zijn medeverdachte. Die verklaring acht het OM betrouwbaar, nu deze op meerdere belangrijke punten wordt bevestigd door de bevindingen uit het onderzoek, zoals de genoemde fictieve bedrijven, het opmaken van valse facturen, het gebruik van katvangers, de geldstortingen en de pleegplaats.

Het OM weegt de proceshouding van verdachte mee en houdt rekening met zijn persoonlijke omstandigheden; verdachte is vanwege zijn persoonlijkheid kwetsbaar en beïnvloedbaar, en heeft volgens het OM deels gehandeld onder invloed van zijn medeverdachte. De zaak tegen de hoofdverdachte bevindt zich nog in de onderzoeksfase bij de rechter-commissaris. Het is op dit moment niet bekend wanneer die zaak inhoudelijk zal worden behandeld. 

Naar verwachting doet de rechtbank uitspraak op 20 april 2021