4-jarig jongetje overlijdt na val van springkussen: OM eist werkstraffen en geldboete
Het Openbaar Ministerie Noord-Holland (OM) heeft vandaag de strafeis geformuleerd tegen vier verdachten in de zaak waarbij een 4-jarig jongetje om het leven kwam na een val in een speelhal in Grootebroek. Het jongetje viel op 31 december 2015 van een springkussen en overleed enkele dagen later aan zijn verwondingen. Tegen de verdachten zijn werkstraffen en een geldboete geëist.
De rechtbank behandelt op 4 en 5 maart de strafzaak tegen vier verdachten die volgens het OM schuld hebben aan dit incident. Gedagvaard zijn de speelhal, de directeur van de speelhal, een medewerker van de speelhal en de pedagogisch medewerker van de kinderopvang. Naast de vier verdachten die zich voor de rechtbank moeten verantwoorden is ook de kinderopvang als verdachte aangemerkt. Die zaak is inmiddels met een transactie afgedaan.
Op 31 december 2015 kwam bij de politie de melding binnen dat een 4-jarig jongetje ernstig gewond was geraakt na een val van een ruim 4 meter hoog speeltoestel. Het slachtoffertje werd direct naar het ziekenhuis vervoerd maar overleed op 9 januari aan zijn verwondingen. Ten tijde van het ongeluk stond het slachtoffertje onder toezicht van de kinderopvang.
Alle vier de verdachten worden beschuldigd van dood door schuld. Volgens het OM hebben zij onvoldoende toezicht gehouden of maatregelen getroffen om de val van het jonge slachtoffertje te voorkomen.
De speelhal wordt verweten onvoldoende zorg te hebben gedragen dat het springkussen veilig werd gebruikt. Er was onvoldoende gediplomeerd personeel aanwezig en er was te weinig toezicht. Het toestel was niet geschikt voor kinderen onder de 8 jaar en er ontbraken veiligheidsvoorzieningen rondom het springkussen. De bedrijfsleider en de directeur hadden als verantwoordelijken op deze punten moeten toezien. Daarbij komt dat er zich al eerder dat jaar een incident had voorgedaan waarbij een meisje van het springkussen afviel en een hersenschudding opliep. Desondanks nam het bedrijf geen veiligheidsmaatregelen.
Voor wat betreft het springkussen is geconstateerd dat er geen geldig certificaat voor was afgegeven en dat het niet voldeed aan de veiligheidsvoorschriften.
Het OM is van oordeel dat de pedagogisch medewerker van de kinderopvang onvoldoende heeft toegezien op de veiligheid van de kinderen die zij onder haar hoede had. Ook had zij zich onvoldoende voorbereid op het bezoek aan de speelhal en greep zij niet op tijd in toen het jongetje via de zijkant van het springkussen naar beneden wilde glijden.
Het OM meent dat geen van de verdachten gewild heeft dat het jongetje zou vallen en daardoor zou komen te overlijden, maar dat als een ieder zijn of haar verantwoordelijkheid zou hebben genomen dit ongeval voorkomen had kunnen worden.
Ter zitting eiste de officier van justitie een werkstraf van 100 uur tegen de pedagogisch medewerker van de kinderopvang, een werkstraf van 180 uur tegen de medewerker van de speelhal, een werkstraf van 240 uur tegen de directeur van de speelhal en een geldboete van 20.000 euro tegen de speelhal.
Naar verwachting doet de rechtbank op 19 maart uitspraak.