3,5 jaar cel geëist tegen Utrechter verdacht van groothandel in cocaïne en heroïne
Het Openbaar Ministerie eist drie en een half jaar gevangenisstraf tegen een 30-jarige man uit Utrecht. De man zou als groothandelaar andere drugsdealers hebben voorzien van cocaïne en heroïne. Tegen een medeverdachte, een 26-jarige man uit Utrecht die bekent één van die drugsdealers te zijn, ligt een strafeis van een jaar cel.
Vooral de 30-jarige verdachte speelde een belangrijke rol in de cocaïnehandel in Utrecht-Zuid. De man was jarenlang actief in de drugshandel. “Hij was leverancier van vele straatdealers en er gingen kilo’s cocaïne door zijn handen.”
Cocaïne en heroïne
In het dossier zit, volgens het OM, voldoende bewijs om aan te tonen dat de 30-jarige verdachte vanaf eind 2021 actief was in de drugshandel. Hij had in die periode geen legale baan en kreeg een uitkering van het UWV. Voor de 26-jarige verdachte is te bewijzen dat hij zich er ongeveer vijf maanden bezighield met drugshandel. Ook hij had geen legale inkomsten en de man verbleef illegaal in Nederland.
Naast drugshandel worden beiden mannen verdacht van het witwassen van ongeveer 18.000 euro en bezit van ruim 600 gram cocaïne en ongeveer 10 gram heroïne. Het bewijs bestaat onder andere uit vele afgetapte gesprekken en in beslag genomen goederen zoals telefoons en drugs.
Onschuldige slachtoffers
Het Openbaar Ministerie neemt de verdachten hun rol in de cocaïnehandel zeer kwalijk. “Want cocaïnehandel is in Midden-Nederland en in het bijzonder in Utrecht-Zuid een gigantisch probleem”, legt de officier van justitie uit. “In dat netwerk wordt excessief geweld of dreiging daarmee als instrument gebruikt om het criminele imperium in stand te houden of uit te breiden. Van dat geweld worden ook onschuldige mensen slachtoffer.”
Vooral de 30-jarige verdachte heeft daarin, als groothandelaar, een belangrijk aandeel gehad. “Hij geeft geen blijk van inzicht en spijt en uit niets blijkt dat hij zijn leven anders in wil richten en wil breken met zijn criminele carrière”, vertelt de officier van justitie. De verdachte is al vier keer eerder veroordeeld voor drugsgerelateerde feiten. “Dat pleit voor repressie in de zin van speciale preventie: wie niet horen wil, moet maar voelen.”
Signaal aan omgeving
Daarbij vindt het Openbaar Ministerie het ook belangrijk om een signaal te geven aan de omgeving van de 30-jarige verdachte. “Het moet immers in de sociale omgeving van de verdachte duidelijk zijn geweest dat hij met criminaliteit geld verdiende”, legt de officier van justitie uit. “Juist door zijn levensstijl, auto’s en kleding in combinatie met het ontbreken van een legale baan.”
Daarom heeft het OM niet alleen een forse gevangenisstraf geëist, maar ook een auto die door de 30-jarige verdachte werd gebruikt afgepakt, net als zijn designerkleding en het in beslag genomen geld van beide verdachten. “Zo moet zichtbaar worden dat drugshandel fout is, niet loont, zwaar wordt bestraft en dus geen aantrekkelijk verdienmodel is.”
De rechtbank doet over twee weken uitspraak.