Tien jaar celstraf geëist voor poging moord partner in Almere

Tien jaar gevangenisstraf. Dat hoorde een 53-jarige vrouw uit Almere vandaag tegen zich eisen voor poging moord op haar partner. Op 3 december 2017 stichtte ze brand in hun woning met het doel haar man om te brengen. Toen hij zich wist te bevrijden, deed ze diezelfde nacht nog een poging.

Het stel had al een tijdje relatieproblemen en in de maand voorafgaand aan het incident woonde de man tijdelijk elders. Eind november kwam hij weer thuis wonen. Op 3 december waren ze ’s nachts wakker en dronken ze samen iets. De man ging daarna als eerste weer slapen. Zij bleef nog even op en las op zijn telefoon app-berichten met een vriendin. Rond half drie ’s nachts werd de man wakker en zag zijn vrouw brand stichten, waarna ze de slaapkamerdeur dicht deed. Hij merkte dat hij de deuren en ramen niet kon openen omdat de sleutels en de klink er niet meer inzaten. Uiteindelijk wist hij toch de sleutels te vinden en via het balkon de woning te verlaten. Toen hij daarna zijn partner in de woning tegen kwam, gooide zij benzine over hem heen en hield hier een gasbrander bij. Hij wist zijn kleren snel uit te trekken. Hij hield er diverse brandwonden aan over.

Het lezen van de app-berichten heeft de uitvoering van de brandstichting misschien in een stroomversnelling gebracht, maar de vrouw had dit grondig voorbereid. Ze had jerrycans met benzine klaargezet. Ze wist dat de sleutels van de ramen en balkondeuren van de slaapkamer er niet inzaten en dat de klink van de slaapkamerdeur weg was. Ook is er de verdenking dat ze een paar dagen eerder de rookmelders onklaar had gemaakt. Bovendien had ze in maand ervoor op internet zoekvragen gesteld als ‘brand stichten zonder sporen achter te laten’, ‘erven na moord’ en ‘hoe werkt een taser’. De dag voor de brandstichting had ze nog gezocht naar ‘wanneer is je diepste slaap’.

Dat maakte dat de officier van justitie bewezen vond dat de vrouw zich schuldig had gemaakt aan poging moord, poging zware mishandeling en brandstichting. Deskundigen vonden de vrouw verminderd toerekeningsvatbaar omdat ze depressief is en lijdt aan PTSS. De officier van justitie woog dat mee in zijn strafeis maar stelde ook dat de vrouw zeer doelgericht te werk was gegaan. Bovendien gaat het om poging moord, een zeer ernstig feit, zodat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien jaar op zijn plaats is. De rechtbank doet over drie weken uitspraak.