Man steekt Roderick Leta dood om geld, eis 18 jaar celstraf
De 22-jarige Amsterdammer die op 13 januari verleden jaar de 29-jarige Roderick Leta doodstak op de Van Reigersbergenstraat in Amsterdam- West moet volgens de officier van justitie veroordeeld worden tot een celstraf van 18 jaar voor moord.
De officier van justitie ziet geen aanleiding af te wijken van zijn strafeis van 18 jaar die hij in oktober verleden jaar al had uitgesproken. Hij vroeg de rechtbank toen de 22-jarige verdachte toch nog te laten observeren in het Pieter Baan Centrum (PBC). “De noodzaak daartoe bestaat. Ik acht mij primair over de persoonlijkheid van verdachte onvoldoende geïnformeerd om tot een verantwoorde eis te komen, ”aldus de officier van justitie vorig jaar. Een eerder verzoek voor opname in het PBC had de rechtbank afgewezen.
In oktober 2019 beval de rechtbank alsnog een opname in het PBC. De 22-jarige verdachte heeft echter elke medewerking geweigerd. De deskundigen van het PBC hebben daardoor geen advies kunnen uitbrengen over zijn geestesgesteldheid. De officier van justitie blijft daarom bij zijn strafeis van 18 jaar.
De 22-jarige verdachte kwam begin januari 2019 in beeld omdat hij op de dag van de dood van Roderick Leta veel contact met hem had. Als de politie de verdachte- hij is dan nog getuige- vraagt naar hun contacten op de dag van de steekpartij, dan verklaart hij dat ze geen contact hebben gehad. Dat klopt niet met de berichten die in de telefoon van het slachtoffer zijn aangetroffen.
Tijdens het getuigenverhoor ziet de politie dat de verdachte een snee heeft in zijn rechterhandpalm. Deze verwonding zit precies op de plek waar een aangetroffen rechterhandschoen, die de politie vond op de plaats delict, beschadigd is. Na overleg met het OM is de 22-jarige man aangehouden als verdachte van betrokkenheid bij de dood van Leta.
De politie vindt DNA van zowel de verdachte als het slachtoffer op handschoenen, een jas en een koksmes die zijn gevonden op of bij de plek waar Roderick Leta is overleden. In de woning van de verdachte vond de politie een foedraal dat bij dit mes past. Ook trof de politie in zijn huis schoenen aan waarop bloed van het slachtoffer is gevonden. De profielzool van deze schoenen komen overeen met het sporenpatroon op de plaats delict.
Uit verklaringen van familieleden blijkt dat het slachtoffer vaak een tasje met geld bij zich had. Dit tasje is niet teruggevonden. Volgens de verdachte had het slachtoffer geld van hem geleend en wilde hij dat terug. Om het slachtoffer te bedreigen had hij een mes meegenomen. De officier van justitie vindt het meer aannemelijk dat de verdachte het slachtoffer van dit tasje heeft beroofd en hem daarbij heeft doodgestoken. De verdachte ontkent dit.
De rechtbank doet over twee weken uitspraak.