In hoger beroep opnieuw 30 maanden cel geëist tegen klant minderjarige prostituee

De advocaat-generaal in Arnhem heeft in hoger beroep 30 maanden gevangenisstraf geëist, waarvan 15 maanden voorwaardelijk, tegen een inmiddels  47-jarige man die wordt verdacht van het plegen van ontucht (waaronder het seksueel binnendringen) met een minderjarige. Het slachtoffer was een toen 15-jarig meisje dat onder dwang in de prostitutie werkzaam was.

De zaak kwam aan het licht door het tv-programma Undercover in Nederland. De programmamakers onderzochten misstanden in de prostitutie en waren via een sekssite in contact gekomen met een meisje. Omdat er twijfels waren over haar meerderjarigheid, werd op 12 augustus 2014 de politie geïnformeerd.

Direct daarop startte het onderzoek. De dag erop werd een afspraak met het meisje gemaakt en werd ze uit ‘circuit’ gehaald. Het onderzoek leidde naar een destijds 23-jarige man die het meisje in de prostitutie had gedwongen en naar enkele klanten, onder wie de 46-jarige verdachte.

De rechtbank veroordeelde deze klant tot 15 maanden gevangenisstraf, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. De officier van justitie had 30 maanden cel geëist, waarvan 10 maanden voorwaardelijk. Het OM vond de opgelegde straf te laag en tekende daarom hoger beroep aan tegen het vonnis.

De rechtbank wees een schadevergoeding toe aan het slachtoffer van 750 euro. Ook daarin kan het OM zich niet vinden. Het slachtoffer had 5000 euro gevorderd. De advocaat-generaal heeft betoogd dat het gevorderde bedrag moet worden toegewezen.

De verdachte heeft volgens het OM in de zomer van 2014 tenminste driemaal betaalde seks gehad met het slachtoffer, in Hilversum. Het bewijs hiervoor wordt onder meer geleverd door verdachte en slachtoffer uitgewisselde Whatsapp-berichten en door de verklaringen van het slachtoffer. De verdachte heeft verklaard dat hij slechts eenmaal seksuele handelingen met het meisje heeft verricht en dat hij haar de andere keren betaalde voor haar gezelligheid. Het OM acht deze verklaring volstrekt ongeloofwaardig. De verdachte wist volgens het OM dat het slachtoffer minderjarig was.

Bij zijn strafeis heeft de advocaat-generaal meegewogen dat de verdachte eerder is veroordeeld voor een zedendelict waarvan een minderjarige het slachtoffer was. Volgens de aanklager in hoger beroep neemt de verdachte nauwelijks verantwoordelijkheid voor zijn gedrag. Als extra stok achter de deur vroeg de advocaat-generaal de proeftijd bij het voorwaardelijke deel van de straf te bepalen op 3 jaar. Ook wil het OM dat verdachte de door hem inmiddels gestarte behandeling blijft voortzetten onder toezicht van de reclassering.

Er is ook een duidelijk verschil met andere zaken betreffende de klanten van minderjarige prostituees, zoals de Valkenburgse zedenzaken: het gaat hier om een nog jonger meisje, met wie men sowieso geen seks mag hebben en een verdachte die eerder voor seks met minderjarigen is veroordeeld.

Het hof doet (naar verwachting) uitspraak over twee weken.