Vraag en antwoord
In het onderzoek Taxus zijn in totaal 51 verdachten in beeld gekomen (42 personen en 9 rechtspersonen). Het Openbaar Ministerie brengt nu 27 personen en 8 rechtspersonen voor de rechter. De strafzaken van de overige verdachten zijn eerder op een andere wijze afgedaan of beëindigd.
De verdenkingen zien vooral op drugsactiviteiten en het witwassen van de opbrengsten daarvan. De verdachten worden vervolgd voor de invoer, uitvoer en productie van drugs, dan wel de voorbereiding daarvan, van witwassen, valsheid in geschrifte, mishandeling, bedreiging, afpersing, wapenbezit, omkoping en economische delicten zoals het illegaal aanbieden van online gokken. Een aantal verdachten is deelname aan een criminele organisatie ten laste gelegd.
Van de verdachten worden 18 personen en 6 rechtspersonen verdacht van deelname aan een criminele organisatie, dus van duurzame of structurele samenwerking. De activiteiten van de criminele organisatie vielen in drie categorieën uiteen: ten eerste wereldwijde drugshandel, ten tweede het daarmee onvermijdelijk gepaard gaande (gewoonte)witwassen, ten derde het plegen van geweld en andere ondersteunende activiteiten, zoals omkoping en vuurwapenbezit en –handel.
Het Openbaar Ministerie ziet een centrale rol voor verdachte Piet S.: wat hij wilde, gebeurde ook. Verder had een ieder verschillende eigen specialisaties. Ze deelden die kennis en kunde met elkaar, er werd over en weer geprofiteerd. Dat is meteen het gevaar dat uitgaat van het criminele collectief: je kunt alleen in deze handel aan de slag als iemand je toegang geeft en als je deel uitmaakt van een netwerk dat jou ondersteunt. Daar stond tegenover dat iedereen altijd klaar moest staan voor de eindbaas: Piet S.
De berichten uit de encryptietelefoons tonen aan dat de verdachten voortdurend bezig waren met de handel in drugs. We zien verschillende soorten voorbij komen: cocaïne, heroïne, hennep, synthetische drugs en grondstoffen daarvoor. Op basis van de berichten is een partij van 11.000 kilo hennep inbeslaggenomen waarin Piet S. een aandeel had en er is meer dan 540 liter aan synthetische drugs en grondstoffen daarvoor onderschept en aangetroffen bij doorzoekingen. Er is geen grote partij cocaïne onderschept, maar dat betekent niet dat die er niet zijn geweest. Het bewijst vooral hoe professioneel en gedisciplineerd de organisatie is geweest. Volgens het Openbaar Ministerie kan Piet S. in elk geval worden gelinkt aan een concrete partij van 4.600 kilo cocaïne, ook al is die niet in beslag genomen. En uit de berichten blijkt wel dat de verdachten dag in, dag uit met niets anders bezig zijn geweest dan met drugshandel.
Taxus is in november 2016 gestart als onderzoek naar een criminele organisatie, waarvan bij aanvang nog niet vastomlijnd was met welke strafbare feiten die zich bezig hield en wie daarbij betrokken waren. Dat maakt het in beginsel al een onderzoek waar een lange adem nodig is. Verder bleek de omvang van het netwerk groter dan bij aanvang kon worden vermoed. De verdachten schermden hun activiteiten ook goed af, waardoor veel bijzondere opsporingsmiddelen moesten worden ingezet. Het complexe financiële onderzoek tenslotte kon pas worden gestart nadat in 2020 verdachten waren aangehouden en beslag was gelegd op administratie en gegevensdragers. In februari 2022 is het overgrote deel van het dossier verstrekt aan de rechtbank en advocaten.