Eis tot negen jaar cel wegens overval golfbaan
De officier van justitie in Amsterdam heeft celstraffen tot negen jaar geëist tegen drie mannen die ervan worden verdacht een gewapende overval te hebben gepleegd op een etablissement van een golfbaan in Amsterdam en te hebben geschoten in een bakkerij in Almere. De drie mannen – twee van 31 en 35 jaar afkomstig uit Amsterdam en één 41-jarige man uit Almere - worden ook verdacht van wapenbezit, autodiefstal, witwassen en lidmaatschap van een criminele organisatie. De mannen uit Amsterdam hoorden beiden negen jaar tegen zich eisen, de man uit Almere zeven jaar. De officier: “Alle verdachten maakten willens en wetens deel uit van dit criminele samenwerkingsverband.”
Uit het onderzoek is gebleken dat de drie mannen in de nacht van 23 op 24 april 2015 met een in Almere gestolen auto op weg gingen naar een bakkerij in Almere. Bij de bakkerij werd meerdere keren geschoten. Vervolgens zetten ze in de gestolen auto koers richting Amsterdam waar ze rond 6.30 uur het etablissement van de Amsterdamse golfbaan overvielen. De aanwezige schoonmakers werden met een vuurwapen bedreigd, gedwongen sleutels en telefoons af te geven en opgesloten in een kast. Met de inhoud van de kluis, een kleine duizend euro, gingen de overvallers ervandoor.
De mannen worden ook verdacht van een overval op 10 mei 2015 op het Levantplein in Amsterdam. Het slachtoffer, dat naar een adres werd gelokt, werd met een wapen bedreigd en gedwongen geld en telefoon af te geven.
Mede dankzij camerabeelden en historische verkeersgegevens van telefoons is de politie de verdachten op het spoor gekomen. Op een in de gestolen auto aangetroffen pet werd DNA-materiaal van één van de verdachten aangetroffen. Op een horloge dat de overvallers vermoedelijk op de golfbaan hadden achterlaten, werd DNA van een van de andere verdachten aangetroffen.
Op camerabeelden van een winkel in de buurt van het Levantplein was de 35-jarige verdachte te zien. Zijn uiterlijk kwam overeen met het signalement dat het slachtoffer had gegeven. Telefoongegevens en tapgesprekken maakten duidelijk dat één van de medeverdachten bij deze overval betrokken was en dat de andere medeverdachte met de buitgemaakte pinpas geld pinde.
De verdachten hebben op 23 april binnen de tijdsspanne van ruim genomen acht uur veel schade en trauma’s veroorzaakt. De officier in haar requisitoir: “Binnen deze korte tijd hebben zij ernstige misdrijven gepleegd en hun slachtoffers gedwongen en bedreigd met vuurwapens en zelfs met een automatisch aanvalsgeweer. Hun slachtoffers hebben letterlijk doodsangsten uitgestaan. Verdachten zijn volgens een plan te werk gegaan en hebben kennelijk getracht binnen een zo kort mogelijke tijd zoveel mogelijk winstbejag of andere bevrediging te behalen. Ook na de overvallen op de 23e april zijn verdachten niet gestopt maar zijn zij gewoon doorgegaan, uitsluitend uit eigen winstbejag en zonder zich te bekommeren om anderen.”
Uitspraak 21 december 2017.