Gevangenisstraffen geëist tegen Amersfoortse inbrekersbende
Het Openbaar Ministerie heeft gevangenisstraffen tot 28 maanden geëist tegen vier leden van een inbrekersbende uit Amersfoort. De vier jonge mannen van tussen de achttien en twintig jaar moesten zich vandaag verantwoorden tegenover de rechtbank in Utrecht. De mannen worden verantwoordelijk gehouden voor elf woningbraken die gepleegd zijn tussen juni 2018 en april 2019 in de gemeenten Ede, Barneveld, Amersfoort, Utrechtse Heuvelrug, Elburg, Nijkerk en Nunspeet. Drie van de vier verdachten zijn ook vervolgd voor drugshandel.
De politie kwam de verdachten op het spoor binnen een onderzoek naar woningbraken in en rondom Amersfoort. Aanleiding voor dit onderzoek was de recente sterke stijging van het aantal woningbraken in dit gebied.
Onderzoek naar telefoongesprekken en andere vormen van communicatie leidde naar de vier verdachten. Ook bleek dat zij zich niet alleen bezig hielden met inbraken, maar ook met het handelen in harddrugs. Drie van hen zijn hier in deze zaak voor vervolgd. De vierde zal hier voor in april voor de rechter moeten verschijnen.
De verdachten werden in april vorig jaar aangehouden, drie van hen zitten nog steeds vast. Na de aanhouding werden de woningen van de verdachten doorzocht. Er werden goederen aangetroffen die in verband gebracht werden met de inbraken. Ook werden verschillende soorten drugs aangetroffen.
De inbraken waren in de privésfeer van de slachtoffers en hadden daardoor een grote impact. Er werden veel waardevolle goederen gestolen. Bovendien zijn slachtoffers dierbare herinneringen verloren, zoals sieraden en gegevensdragers met foto’s, enkel voor financieel gewin van de verdachten. Een van de slachtoffers was dusdanig aangedaan dat zij moest worden opgenomen in het ziekenhuis en nu niet meer thuis kan wonen.
Het feit dat drie van de verdachten wat de inbraken betreft georganiseerd te werk gingen en daarmee in de visie van het Openbaar Ministerie een criminele organisatie vormden, is als strafverzwarend meegewogen bij het bepalen van de eisen. Dit resulteerde behalve de eis tot 28 maanden gevangenisstraf (waarvan 8 voorwaardelijk) tegen de hoofdverdachte, in eisen van 15, 18 en 18 maanden jeugddetentie voor de andere drie (waarvan respectievelijk 5, 6 en 12 voorwaardelijk). Zij pleegden de strafbare feiten deels toen ze nog minderjarig waren. Ook zijn er diverse bijzondere voorwaarden geëist, zoals contactverboden en intensieve begeleiding.
De rechtbank doet op 10 maart uitspraak.