WETS
Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (WETS)
Twee kaderbesluiten van de Europese Commissie versterken de samenwerking tussen lidstaten van de Europese Unie op het gebied van vrijheidsstraffen, voorwaardelijke straffen en alternatieve straffen.
De regeling geldt voor Nederlanders die in een van de Europese lidstaten in de fout zijn gegaan én voor buitenlanders die in Nederland vastzitten. Wanneer één van deze strafsoorten is opgelegd in een lidstaat van de Europese Unie, kan het vonnis aan een andere lidstaat van de Europese Unie worden gestuurd. De veroordeelde moet onderdaan van die andere lidstaat zijn en/of daar zijn vaste woon- of verblijfplaats hebben. Dit wordt binding genoemd. Ontvangt een lidstaat een dergelijk vonnis, dan is het uitgangspunt dat de lidstaat het vonnis erkent en de opgelegde straf ten uitvoer legt.
Binnen de EU vervangt de WETS de WOTS, maar alléén tussen landen die de nationale wetgeving hebben ingevoerd. Nederland doet vanaf 2012 zaken met andere EU-landen die ook wetgeving WETS hebben ingevoerd. Met die landen kunnen vonnissen van gevangenisstraffen, andere vrijheidsbenemende straffen en maatregelen worden uitgewisseld. Dit geldt ook voor taakstraffen, bijzondere voorwaarden en toezichtmaatregelen die aan voorwaardelijke straffen zijn gekoppeld en voorwaarden die aan de VI zijn gekoppeld.