OM eist celstraffen na verduistering gelden van mensen met financiële problemen

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft onvoorwaardelijke gevangenisstraffen van 10 maanden geëist tegen een 58-jarige man uit Arnhem en een 47-jarige vrouw uit het Duitse Emmerich am Rhein. Zij worden verdacht van verduistering van gelden van mensen die gebruik maakten van schuldhulpverlening en schuldbemiddeling.

Volgens de officier van justitie heeft het duo met gebruikmaking van verschillende stichtingen en een besloten vennootschap (bv) diensten aangeboden op het gebied van schuldhulpverlening en schuldbemiddeling. Mensen met schulden klopten bij hen aan en dachten dat zij geholpen zouden worden met het aflossen van schulden. Zij lieten hun inkomsten vaak rechtstreeks overmaken op rekeningen van de stichtingen, waarbij het de bedoeling was dat dat geld zou worden gebruikt voor het aflossen van schulden. Volgens de officier van justitie is dat niet altijd gebeurd en is er veel geld in de zakken van verdachten verdwenen.

De financiële problemen zijn voor slachtoffers door toedoen van verdachten in veel gevallen aanzienlijk toegenomen. “Cliënten vertrouwden in onderhavige zaken hun volledige inkomen, dan wel een groot deel ervan toe aan verdachten. Ze dachten dat ze goed geholpen zouden worden. Verdachten hebben het vertrouwen van cliënten ernstig beschaamd”, zegt de officier van justitie. “Het gaat om veelal kwetsbare mensen. Verdachten hebben hier misbruik van gemaakt.”

De 58-jarige man en de 47-jarige vrouw hoorden een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 10 maanden met aftrek van het voorarrest tegen zich eisen.  Een derde verdachte, een 47- jarige man uit Duitsland, hoorde in deze zaak een geldboete van € 2.200,- tegen zich eisen. Tegen de betrokken bv als rechtspersoon zijn tot slot geldboetes van in totaal € 7.200,- geëist.

Op een later moment zullen er nog ontnemingszaken tegen deze verdachten worden behandeld. Een ontnemingszaak staat in het teken van het terughalen van het wederrechtelijk verkregen voordeel van een strafbaar feit, zodat het gepleegde misdrijf niet loont.