Twaalf maanden celstraf geëist tegen jonge cokedealer Amersfoort
Tegen een 19-jarige verdachte van de handel in cocaïne is vandaag een celstraf geëist van twaalf maanden onvoorwaardelijk. Het onderzoek naar de jonge verdachte is gedaan door een speciaal politieteam, dat zich richt op jonge daders in de cocaïnehandel. Door hen aan te pakken wordt duidelijk dat cokehandel niet leidt tot makkelijk geld maar tot een celstraf. Ook worden ze gestimuleerd andere wegen in te slaan.
Het speciale politieteam is opgericht in het kader van het programma ‘Straatwaarden’, dat tot doel heeft de jonge aanwas in de drugshandel terug te dringen. In onze regio zien we dat cocaïnehandel aantrekkelijk is voor jongeren die zo terecht komen in een wereld van geweld en intimidatie. De weg terug is niet makkelijk. In het programma Straatwaarden komen strafrecht en hulpverlening samen. Enerzijds wordt gewerkt aan het opsporen en vervolgen van jonge cocaïnedealers; aan de andere kant wordt ze de weg gewezen naar een ander leven, zonder geweld en criminaliteit. In deze zaak is er contact met het gezin waar de verdachte uitkomt met het doel nieuwe strafbare feiten te voorkomen.
De verdachte die vandaag voor de rechter stond is eerder, in 2019, veroordeeld voor cocaïnehandel. Toen er signalen kwamen dat hij na zijn detentie zich weer bezig hield met cocaïnehandel, werd er een onderzoek gestart. Hij werd getapt, gevolgd en er vonden pseudokopen plaats. Op 30 oktober werd de verdachte op heterdaad aangehouden. Hij had enkele telefoons, contant geld en bolletjes heroïne en cocaïne bij zich. In zijn woning werd dure merkkleding, een groot bedrag aan contant geld, een weegschaaltje en heroïne en cocaïne gevonden. De officier van justitie vond hiermee bewezen dat de jongen zich schuldig had gemaakt aan de handel is cocaïne en het witwassen van de criminele winst.
Gelijktijdig met dit proces loopt er een preventieve aanpak. Direct na de aanhouding is er een gesprek geweest met de gezinsleden. Deze gesprekken worden voortgezet door de lokale jongerenwerker met als doel het gezin ondersteuning te bieden en te voorkomen dat anderen het voorbeeld van de verdachte volgen. Daarom moet er volgens de officier een straf volgen die andere weerhoudt dit pad op te gaan. Aangezien de verdachte niet bereid was om begeleid te worden door Reclassering, eiste de officier van justitie enkel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden. Ook vroeg hij de rechtbank de scooter waarmee de handel werd gedreven, het contante geldbedrag, telefoons en dure merkkleding af te pakken. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.