Richtlijn voor strafvordering vuurwerkdelicten (2024R011)

Rechtskarakter Aanwijzing in de zin van art. 130, lid 6 Wet RO
Van College van procureurs-generaal
Aan Hoofden van parketten
Registratienummer 2024R011
Publicatie in Staatscourant
Vervallen Richtlijn voor strafvordering vuurwerkdelicten (2020R001)
Relevante beleidsregels OM Richtlijn en kader voor strafvordering jeugd en adolescenten, inclusief strafmaten Halt (2021R001)
Wetsbepalingen
  • Wetboek van strafrecht, artikelen 173a, 173b, 174, 175
  • Wet milieubeheer, artikelen 8.40, 9.2.1.2, 9.2.2.1, 9.2.1.4, 9.2.3.2, 9.5.8 lid 6 en 18.18
  • Omgevingswet, artikelen 4.3, 5.1 en 5.5
  • Vuurwerkbesluit, artikelen 1.2.2, 1.2.3, 1.2.4 t/m 1.2.7, 1.3.1, 1.3.2, 1.4.1, 1.4.2, 2.1.3, 2.1.4, 2.3.1 t/m 2.3.6, 3.1.1, 3.3.1, 3B.1 t/m 3B.6

Beschrijving

Deze richtlijn ziet op vuurwerkovertredingen en -misdrijven, waaronder misdrijven met betrekking tot het zelf maken van vuurwerk (geïmproviseerd vuurwerk), gepleegd door meerderjarigen. De vuurwerkovertredingen en/of misdrijven door minderjarigen en de tabellen voor Halt staan in de richtlijn en kader voor strafvordering jeugd en adolescenten, inclusief strafmaten Halt. De overtredingen van het Vuurwerkbesluit zijn economische delicten en zijn strafbaar gesteld via artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer in samenhang met artikelen 1a ten eerste, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten. De hoofdstraffen, bijkomende straffen en maatregelen van de Wet economische delicten zijn van toepassing in aanvulling op de relevante sanctiebepalingen van het Wetboek van Strafrecht.

Daarnaast is per 01-10-2024 de wetgeving inzake het pyro-passregister van kracht. Dit is geregeld in artikel 9.5.8 Wet milieubeheer, waarbij schending van artikel 9.5.8 lid 6 van deze wet via artikel 1a onder 1 Wet op de economische delicten strafbaar is gesteld.

Deze richtlijn is niet van toepassing op delicten die zijn te beschouwen als zware (ondermijnende) criminaliteit. Men denke hierbij vooral aan het aantreffen van heel grote partijen professioneel vuurwerk en/of regionale en/of grensoverschrijdende illegale handel in professioneel vuurwerk. Dit vergt maatwerk.

Andere misdrijven, gepleegd met vuurwerk, zoals vernieling, brandstichting (explosies), mishandeling en openbare geweldpleging, vallen niet onder het Vuurwerkbesluit (commune vuurwerkcriminaliteit), maar bijvoorbeeld onder de Wet wapens en munitie en/of het Wetboek van Strafrecht. Op dit soort feiten is deze richtlijn niet van toepassing.

De richtlijn bevat richtsnoeren van algemene aard. Het is mogelijk dat deze richtsnoeren in een individueel geval niet van toepassing zijn. Er kunnen zich feiten of omstandigheden voordoen waardoor het wenselijk is dat van de richtlijn wordt afgeweken.  Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij het aantreffen van verschillende soorten en/of typen vuurwerk. Het aanpassen van de strafmaat en aldus het afwijken van deze richtlijn is dan dus mogelijk.

Bijkomende straffen

De Wet op de economische delicten biedt, bij veroordeling van bedrijven die bedrijfsmatig vuurwerk verhandelen/verkopen mogelijkheden om bijkomende straffen op te leggen.

Het gaat hierbij om onder meer het ontzeggen van het recht om gedurende een bepaald aantal jaren in vuurwerk te handelen, het intrekken van vergunningen, het verbod tot het uitoefenen van een bepaald beroep en het stilleggen van de onderneming. Dit kan bijdragen aan sanering van de vuurwerkbranche.

Maatregelen

Per 01-07-2022  is het mogelijk om op grond van artikel 8 sub d WED de maatregel kostenverhaal te vorderen. Hierdoor kan een veroordeelde door de rechtbank de verplichting worden opgelegd om de kosten van de vernietiging van inbeslaggenomen vuurwerk te betalen. Daarnaast kan ook worden gedacht aan de maatregel, strekkende tot beperking van de vrijheid opgelegd bij rechterlijke uitspraak, zoals genoemd in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht, waaronder de meldplicht en het locatieverbod. Deze mogelijkheden zijn niet expliciet opgenomen in deze richtlijn.

Recidive

Deze richtlijn kent een eigen recidiveregeling voor specifiek genoemde feiten. Van recidive is sprake als vanaf de  datum van een onherroepelijke veroordeling, de datum van een onherroepelijke strafbeschikking of de datum van het vervallen van het recht tot strafvordering op grond van een transactie als bedoeld in artikel 74 Wetboek van Strafrecht  minder dan 5 jaar zijn verstreken  na een eerdere veroordeling, een opgelegde onherroepelijke strafbeschikking of een aanvaarding van een transactie wegens een soortgelijk misdrijf. Meermalen recidive geldt voor ieder feit als strafverzwarende omstandigheid en vraagt om een op maat gesneden strafeis.

Strafverzwarende omstandigheden

Voor overige strafverzwarende omstandigheden in het kader van deze richtlijn wordt verwezen naar de Aanwijzing kader voor strafvordering meerderjarigen.

Lijsten

Het aangetroffen vuurwerk wordt ten behoeve van de strafmaat ingedeeld in de hierna genoemde vier lijsten. De indeling van het vuurwerk in deze vier lijsten is gebaseerd op de algemene gevaarzetting die van dat vuurwerk uit gaat, onafhankelijk van de omstandigheden waaronder het is aangetroffen. De lijstindeling komt terug in de processen-verbaal van het onderzoek van vuurwerk van het Centraal Onderzoeksteam Vuurwerk (verder te noemen: COV) Deze lijstindeling correspondeert niet met de categorie-indeling F1-F4 ingevolge de Pyrorichtlijn, zoals doorgaans aangegeven op het vuurwerk zelf en vermeld in artikel 1A.1.3 lid 3 van het Vuurwerkbesluit (verder te noemen Vwb):

  • Lijst I betreft in Nederland toegestaan consumentenvuurwerk, zoals aangegeven in de Regeling aanwijzing consumentenvuurwerk (verder te noemen: RAC);
  • Lijst II betreft professioneel vuurwerk, dat is ingedeeld in categorie F2 en niet als consumentenvuurwerk aangewezen in de RAC en professioneel vuurwerk F3. Daarnaast betreft Lijst II pyrotechnische artikelen voor theatergebruik van de categorie T1/T2. Verder is deze lijst van toepassing op handfakkels;
  • Lijst III betreft professioneel vuurwerk dat is ingedeeld in categorie F4, of vuurwerk dat volgens opschrift niet is voorzien van een F-categorie  en daarnaast vuurwerk P1/P2, met uitzondering van handfakkels;
  • Lijst IV betreft geïmproviseerd vuurwerk (vuurwerk dat zelf is vervaardigd of is aangepast).

Bijzonderheden: bevorderen en/of voorbereiden handelingen ex. art. 1.2.2 lid 5 Vb1

TABEL

Te trachten een ander te bewegen om de handelingen in art. 1.2.2 lid 1 t/m 4 Vb te plegen, te doen plegen, mede te plegen of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen (art. 1.2.2 lid 5 onder a Vb).

Strafuitgangspunt: de straf uit de tabel voor lijst II, III of IV minus 50%.

Te trachten zich of een ander gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het verrichten van de handelingen in art. 1.2.2 lid 1 t/m 4 Vb te verschaffen (art. 1.2.2 lid 5 onder b Vb).

Strafuitgangspunt: de straf uit de tabel voor lijst II, III of IV minus 50%.

Voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden te hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het verrichten van de handelingen in art. 1.2.2 lid 1 t/m 4 Vb (art. 1.2.2 lid 5 onder c Vb).

Strafuitgangspunt: de straf uit de tabel voor lijst II, III of IV minus 50%.

1 Bij deze handelingen worden de straffen met de helft verminderd, op basis van art. 91 jo. art. 46, tweede lid, Wetboek van Strafvordering.

Lijst I Verboden handelingen met consumentenvuurwerk

Het gaat dan om de volgende situaties:

  • Binnen de toegestane tijd meer dan 25 kilo consumentenvuurwerk voorhanden hebben op een voor het publiek toegankelijke plaats (art. 1.2.4, lid 2 onder a Vwb);
  • Buiten de toegestane tijd voorhanden hebben van consumentenvuurwerk (met uitzondering het voorhanden hebben van maximaal 25 kilo op een niet voor het publiek toegankelijke plaats, 1.2.4, lid 2 onder b VwB);

Deze lijst geldt niet voor overtredingen en/of misdrijven die voortvloeien uit milieubelastende activiteiten inzake vuurwerk, gepleegd door (lokale) vuurwerkhandelaren die op basis van een omgevingsvergunning vuurwerk mogen verkopen. Daarvoor is de Richtlijn bestuurlijke strafbeschikkingsbevoegdheid  fysieke leefomgevingsfeiten van toepassing. De reden voor de vergunningplicht is de externe veiligheid, omdat verkopers van vuurwerk immers op bepaalde locaties vuurwerk op mogen slaan.

Voorhanden hebben van
consumentenvuurwerk

First offender

1x recidive

t/m 25 kg (buiten toegestane tijd)

GB € 100

GB € 150

26 tot 50 kg

GB € 250

GB € 375

50 tot 100 kg

GB € 500

GB € 750

100 kg of meer

GB vanaf € 750

GB vanaf € 1200

Afsteken buiten toegestane tijd

GB € 250

GB € 375

NB: verdachten inzake grote partijen consumentenvuurwerk worden vervolgd op basis van art. 1.2.4 Vuurwerkbesluit.

Lijst II professioneel vuurwerk, dat is ingedeeld in categorie F2 en niet als consumentenvuurwerk is aangewezen in de RAC en professioneel vuurwerk F3. Daarnaast pyrotechnische artikelen voor theatergebruik van de categorie T1/T2 en handfakkels

Dit vuurwerk wordt onderverdeeld in twee lijsten:

  • Lijst A: vuurwerk dat is ingedeeld in categorie F2 en niet is aangewezen in de RAC of rookbommen T1/T2 en handfakkels;
  • Lijst B: vuurwerk dat is ingedeeld in categorie F3.

Lijst A

Voorhanden hebben

Ter beschikking stellen/afleveren aan meerderjarigen

Ter beschikking stellen/ afleveren aan minderjarigen

tot 10 kg

GB € 400

TS 20 uur

TS 40 uur

10 tot 50 kg

GB € 600

TS 40 uur

TS 80 uur

50 tot 100 kg

GB € 600 tot € 1000 of TS 20 uur

TS 80 uur

TS 120 uur

100 kg of meer

TS 60 uur

TS 120 uur + GS 2 weken vw

TS 180 uur + GS 1 maand vw

Tot ontbranding brengen; per stuk

GB € 400

Lijst B

Voorhanden hebben

Ter beschikking stellen/afleveren aan meerderjarigen

Ter beschikking stellen/ afleveren aan minderjarigen

tot 10 kg siervuurwerk/
tot 20 stuks (flash)bangers

GB € 600

TS 60 uur

TS 90 uur

10 tot 50 kg siervuurwerk/
20 tot 60 stuks (flash)bangers

GB € 750 tot € 1000 of TS 20 uur

TS 120 uur +

GS 2 tot 4 weken vw

TS 180 uur +

GS 1 maand vw

50 tot 100 kg siervuurwerk/

60-100 stuks (flash)bangers

TS 100 uur

TS 180 uur +

GS 1 maand vw

TS 240 uur +

GS 6 weken vw

100 kg of meer siervuurwerk/ 100 of meer stuks (flash)bangers

TS 180 uur +

GS 1 maand vw

GS vanaf 2 maanden ov

GS vanaf 4 maanden ov

Tot ontbranding brengen; per stuk

GB € 600

Lijst III professioneel vuurwerk dat is ingedeeld in categorie F4 of vuurwerk dat volgens opschrift niet is voorzien van een F categorie en daarnaast vuurwerk P1/P2 met uitzondering van handfakkels.

TABEL

Voorhanden hebben van vuurwerk, ingedeeld in categorie F4 of niet ingedeeld, niet zijnde shells (mortierbommen), vuurpijlen met hoofdzakelijk knaleffect (zoals lawinepijlen, signaalraketten etc),  knalvuurwerk

First offender

1x recidive

1 tot 20 stuks

TS 90 uur

GS 6 weken tot 3 maanden ov

20 tot 40 stuks

TS 120 uur

GS 4 tot 6 maanden ov

40 tot 60 stuks

TS 140 uur +

GS 2 weken vw

GS 6 tot 9 maanden ov

60 tot 100 stuks

TS 180 uur + GS 6 weken vw

GS 9 tot 12 maanden ov

100 tot 200 stuks

GS 6 maanden ov

GS vanaf 12 maanden ov

200 stuks of meer

GS 9 maanden ov

GS vanaf 15 maanden ov

TABEL

Voorhanden hebben van shells (mortierbommen), vuurpijlen met hoofdzakelijk knaleffect (zoals lawinepijlen, signaalraketten etc), knalvuurwerk, ingedeeld in categorie F4 of niet ingedeeld

First offender

1x recidive

1 tot 7 stuks

TS 60 uur

GS 1 maand ov

7 tot 20 stuks

TS 120 uur

GS 3 tot 6 maanden ov

20 tot 40 stuks

TS 180 uur

GS 9 tot 12 maanden ov

40 tot 60 stuks

TS 200 uur +

1 maand vw

GS vanaf 12 maanden ov

60 tot 100 stuks

TS 240 uur + 3 maanden vw

GS vanaf 12 maanden ov

100 tot 200 stuks

GS 9 maanden ov

GS vanaf 12 maanden ov

200 stuks of meer

GS 12 maanden ov

GS vanaf 15 maanden ov

Professioneel vuurwerk lijst III

Ter beschikking stellen/afleveren

1x recidive

Per aflevering aan meerderjarige

2 maanden ov

3 maanden ov

Per aflevering aan minderjarige

4 maanden ov

6 maanden ov

Voor de strafmaat dient, bij de strafmaat voor het enkel ter beschikking stellen, ook de strafmaat voor het voorhanden hebben te worden opgeteld.

Professioneel vuurwerk

lijst III

Tot ontbranding brengen

1x recidive

Per keer

TS 60 uren

TS 90 uren

Deze tabel is niet van toepassing indien er door het ter ontbranding brengen van dit vuurwerk schade is ontstaan of als er doden of gewonden bij zijn gevallen.

TABEL

Schenden voorschriften betreffende de pyro-pass gegeven in artikel 9.5.8 lid 6 Wet milieubeheer: als marktdeelnemer (fabrikant, importeur en distributeur) in de BENELUX pyrotechnische artikelen verstrekken zonder aan de hand van de pyro-pass, raadpleging van het pyro-passregister en een document als bedoeld in art. 1 lid 1 Wet op de identificatieplicht vast te stellen of de pyrotechnische artikelen worden verstrekt aan een persoon die gemachtigd is de betreffende pyrotechnische artikelen te hanteren of te gebruiken

First offender

1x recidive

natuurlijk persoon (administratieve omissie)

GB € 750

GB € 1100 + taakstraf 60 uur vw

natuurlijk persoon (calculerend gedrag)

GB € 1500

GB € 2200 + taakstraf 60 uur ov

rechtspersoon (administratieve omissie)

GB € 1500

GB € 2200

rechtspersoon (calculerend gedrag)

GB € 3000

GB € 4500 en/of voorlopige maatregel art. 28 WED

Lijst IV Geïmproviseerd vuurwerk (zelfgemaakt vuurwerk of vuurwerk waaraan geknutseld is)

TABEL

Zonder erkenning vervaardigen, voorhanden hebben, aan een ander overdragen/ter beschikking stellen, tot ontbranding brengen

Geïmproviseerd vuurwerk

GS 6 tot 9 maanden ov

Legenda

Afkortingen

GB = geldboete
TS = taakstraf
GS = gevangenisstraf
vw = voorwaardelijk
ov = onvoorwaardelijk