Richtlijn voor strafvordering seksueel misbruik van minderjarigen (2024R005)

Publicatiegegevens
Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 6 Wet RO
Van: College van procureurs-generaal
Aan: hoofden van de OM-onderdelen
Registratienr.: 2024R005
Datum inwerkingtreding: 01-07-2024
Publicatie in Stcrt.: 2024, 19867
Vervallen: Richtlijn voor strafvordering seksueel misbruik van minderjarigen (2015R047) en richtlijn voor strafvordering art. 248b Sr (2015R054)
Relevante beleidsregels OM: Aanwijzing kader voor strafvordering meerderjarigen (2019A003)
Wetsbepalingen:

Art. 245, 246, 247, 248, 249, 250, 251 en 253 Wetboek van Strafrecht (Sr.)

Beschrijving

Deze strafvorderingsrichtlijn is van toepassing in gevallen van seksueel misbruik van minderjarige slachtoffers door meerderjarige verdachten. Deze richtlijn is niet gericht op één bepaald wetsartikel maar is van toepassing wanneer sprake is van een slachtoffer als bedoeld in)  de artikelen 245 t/m 251 Sr en 253 Sr.

Uitgangspunten  

Bij het bepalen van het uitgangspunt voor de strafeis staat de feitelijke seksuele handeling centraal, onderverdeeld in drie categorieën op basis van de ernstgradatie. Bij elk van deze categorieën, basisdelicten genoemd, hoort een strafeis als uitgangspunt.

Strafmaattabel en bandbreedtes

Hieronder is een tabel opgenomen waarbij per basisdelict een strafuitgangspunt/bandbreedte is opgenomen en uitgegaan wordt van éénmalig plegen door één meerderjarige verdachte, zonder dat sprake is van (relevante) recidive en zonder dat rekening is gehouden met de overige omstandigheden van het geval en de persoon van de verdachte. In individuele zaken wordt altijd maatwerk geleverd: feiten en omstandigheden van het specifieke geval worden meegenomen in de strafeis van het OM en in de praktijk zal daarom regelmatig worden afgeweken van de hieronder geformuleerde straf (bandbreedte). Immers zal in de praktijk zelden sprake zijn van een standaardsituatie waarin geen sprake is van feiten en omstandigheden die van invloed zijn op de beoordeling van de zaak. Het OM bepaalt in iedere zaak afzonderlijk of een gevangenisstraf, taakstraf, boete en/of voorwaardelijk strafdeel (evt. met op te leggen bijzondere voorwaarden) passend is. Dit gebeurt vanzelfsprekend met inachtneming van het taakstrafverbod.

In de wet wordt het zogenoemde ‘interactiecriterium’ dat is ontstaan in de jurisprudentie gecodificeerd. Dit betekent dat in de delicten zoals hieronder vermeld ook wordt verstaan het laten verrichten van seksuele handelingen door een kind met de dader of met zichzelf of met een derde en het laten ondergaan van een kind van seksuele handelingen door een derde. Verkrachting omvat dus alle vormen van seksueel binnendringen waarbij het lichaam van een kind is betrokken, waaronder seksuele penetratie van het eigen lichaam of van het lichaam van een ander, al dan niet op afstand (bijvoorbeeld via een webcam).

Onder de tabel is een aantal factoren vermeld die van invloed kunnen zijn en specifiek voor kunnen komen ten aanzien van de strafbaarstellingen waarop deze richtlijn van toepassing is. Deze lijst is niet uitputtend. Algemene factoren die niet delictspecifiek zijn worden uiteraard wel meegenomen in de beoordeling van de strafmaat en kunnen eveneens leiden tot een strafeis die hoger of lager is dan de uitgangspunten in de tabel.

tabel

Categorieën

Basisdelict seksueel misbruik van  minderjarige, eenmalig, alleen gepleegd, first offender

I: Seksuele gedragingen, geen aanrakingen

Artikel 251 lid 1 onder b Sr (seksueel corrumperen)

TS 120 uur tot GS 6 maanden

II: Seksuele gedragingen inclusief aanraking

Artikel 245 Sr (slachtoffer 16-18 jaar waarbij sprake is van één van de situaties zoals omschreven onder lid 1 sub a tot en met d) [1]

In borsten/tepels knijpen/betasten/aanraken (boven kleding)

In borsten knijpen/betasten/aanraken (onder kleding)

Betasten blote vagina/penis

GS 2 maanden

GS 5 maanden

GS 10 maanden

Artikel 247 Sr (slachtoffer 12-16 jaar)

In borsten/tepels knijpen/betasten/aanraken (boven kleding)

In borsten knijpen/betasten/aanraken (onder kleding)

Betasten blote vagina/penis

GS 3 maanden

GS 6 maanden

GS 12 maanden

Artikel 249 Sr (slachtoffer <12 jaar)

In borsten/tepels knijpen/betasten/aanraken (boven kleding)

In borsten knijpen/betasten/aanraken (onder kleding)

Betasten blote vagina/penis

GS 6 maanden

GS 12 maanden

GS 24 maanden

III. Seksueel binnendringen

246 Sr (slachtoffer 16-18 jaar waarbij sprake is van één van de situaties zoals omschreven onder lid 1 sub a tot en met d) [2]

Met vingers

Met een voorwerp

Met tong (anders dan tongzoen)

Met geslachtsdeel

GS 24 maanden

GS 24 maanden

GS 30 maanden

GS 36 maanden

248 Sr (slachtoffer 12 – 16 jaar)

Met vingers

Met een voorwerp

Met tong (anders dan tongzoen)

Met geslachtsdeel

GS 30 maanden

GS 30 maanden

GS 36 maanden

GS 48 maanden

250 Sr (slachtoffer <12 jaar)

Met vingers

Met een voorwerp

Met tong (anders dan tongzoen)

Met geslachtsdeel

GS 36 maanden

GS 36 maanden

GS 48 maanden

GS 60 maanden

STRAFVERZWARENDE EN STRAFVERMINDERENDE FACTOREN (NIET-LIMITATIEF)

Mogelijk strafverzwarend onder andere:
(Met betrekking tot ernst van het feit)

  • Frequentie en/of periode van het misbruik (bij herhaaldelijk misbruik)
  • In vereniging (zie ook art. 254, eerste lid, onder a, Sr)
  • Verregaande handelingen (waaronder begrepen: gebruik van hulpmiddelen/ SM-of bondageachtige handelingen/ seksuele handelingen met dieren
  • Verdachte negeert signalen van het slachtoffer
  • Excessieve gevolgen  (waaronder begrepen: zwaar lichamelijk of geestelijk letsel, levensgevaar voor een ander, zwangerschap, besmetting of risico daarop, ontmaagding, ) (zie ook artikel 254, tweede en derde lid Sr)
  • Bijzondere vernederende setting
  • (Beeld)opname van het strafbare feit
  • Gebruik van en vuur- en/of steekwapen
  • Nabije aanwezigheid derden, in het bijzonder kinderen
  • Lange duur van het misbruik
  • (Ernstige) recidive (zie Aanwijzing kader voor strafvordering meerderjarigen)
  • Voorafgegaan door, vergezeld van of gevolgd door dwang, geweld of bedreiging (gekwalificeerde aanranding/verkrachting)


(Met betrekking tot kwetsbaarheid slachtoffer)

  • Afhankelijkheids- of vertrouwensrelatie  (waaronder begrepen: hoedanigheid verdachte/ vertrouwens-, gezags- of afhankelijkheidsrelatie tussen slachtoffer en verdachte / slachtoffer is aan zorg van verdachte of instelling toevertrouwd
  • Situatie of locatie (waaronder begrepen situatie of locatie waar slachtoffer bij uitstek veilig behoort te zijn/ Situatie of locatie waar slachtoffer aan verdachte is overgeleverd)
  • Bijzondere kwetsbaarheid slachtoffer

(Met betrekking tot bewuste en planmatige werkwijze van verdachte rondom het feit)

  • Totstandkoming & instandhouding van de misbruiksituatie (ten opzichte van de buitenwereld, niet zijnde slachtoffer zelf)
  • Totstandkoming & instandhouding van het seksueel  misbruik (m.b.t. het slachtoffer)
  • Psychische druk op slachtoffer (zoals slachtoffer tot geheimhouding oproepen)


Mogelijk strafverminderend onder andere:

  • Jongvolwassenheid verdachte


Legenda


TS = Taakstraf
GS = gevangenisstraf

Sr = Wetboek van strafrecht
 

[1] Indien hiervan geen sprake is, is de reguliere richtlijn aanranding van toepassing

[2] Indien hiervan geen sprake is, is de reguliere richtlijn verkrachting van toepassing