Bedreiging van politici: OM eist (deels voorwaardelijke) straf
Een 35-jarige man uit Haarlem moest op vrijdag 22 november voor de rechter verschijnen op verdenking van opruiing en het bedreigen van voormalig premier Mark Rutte en GroenLinks-PvdA-kamerlid Jesse Klaver.
Verontrustende meldingen
Op zondag 9 juni 2024 wordt verdachte aangehouden omdat onder andere verontrustende meldingen via de openbare chatdienst Telegram gesignaleerd worden. Hieruit blijkt dat de verdachte sympathiseert met een gewelddadige stroming binnen het rechtsextremisme. De verdachte deelt binnen de Telegramgroep berichten waarin hij onder andere benoemt dat het goed is om geweld te gebruiken en hij bedreigt voormalig premier Mark Rutte en GroenLinks-PvdA-kamerlid Jesse Klaver. In een getapt telefoongesprek zegt de verdachte dat hij een aanvalswapen in huis heeft en bereid is dit te gebruiken. De geposte berichten op Telegram en de getapte gesprekken zijn aanleiding om verdachte zo snel mogelijk aan te houden.
Rechtsstaat
De officier van justitie benoemde ter zitting dat het in een democratische rechtsstaat van belang is dat bewindslieden hun werk zonder angst kunnen verrichten. Door de toenmalige minister-president en een lid van de Tweede Kamer te bedreigen via een openbare chatdienst, heeft hij hen hierin belemmerd. Door zijn handelen heeft verdachte een inbreuk gemaakt op dit gevoel van veiligheid en bijgedragen aan heersende gevoelens van onrust en onveiligheid in de samenleving.
Strafeis
De officier van justitie vindt met oog op de ernst van de feiten een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend en komt uiteindelijk tot een strafeis van 540 dagen waarvan 453 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. Ook vordert de officier als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering en een klinische opname voor de duur van één jaar (en korter als de reclassering dat nodig vindt). Hieronder kan ook vallen de plicht om medicatie in te nemen. En als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang wenselijk vindt, dan moet betrokkene daar aan mee te werken. Het onvoorwaardelijk deel is gelijk aan de tijd die verdachte voorlopig gehecht heeft gezeten, zodat de klinische behandeling die hij sinds zijn schorsing krijgt niet wordt doorkruist.