OM: geen lichaam gevonden, maar overtuigend bewijs voor doodslag op verdwenen man uit Borculo

‘’Iemand kwijt zijn is de overtreffende trap van iemand moeten missen. Als je zoon, vader en broer opeens weg is en nooit meer terug komt. Als je rekening houdt met het ergste, maar er geen lichaam is om afscheid van te nemen. Hoe ondraaglijk moet dat zijn voor de vader, de moeder en zus van Wico en voor zijn drie kinderen. Hoe onmenselijk is het om hen niet te geven, waar zij vanaf mei 2022 op wachten: antwoorden en het lichaam van hun Wico.’’

Met deze woorden begon de officier van justitie zijn requisitoir in de spraakmakende strafzaak rond de verdwijning van een 48-jarige man uit Borculo. De officier eindigde met het uitspreken van de strafeis tegen de 30-jarige verdachte; vijftien jaar gevangenisstraf voor doodslag en het wegmaken van het lichaam.

De 48-jarige man was 17 mei 2022 onderweg naar de woning van de verdachte aan de Heerlijkheidstraat en verdween daarna spoorloos. Hoewel zijn lichaam  niet is gevonden, stelt het OM op basis van het dossier vast dat Wico door een misdrijf is overleden en dat deze verdachte daarbij betrokken is geweest. Dat is niet alleen omdat verdachte dat zelf tegen meerdere personen heeft verteld. Voor dat scenario bevat het dossier ook ondersteunend bewijs. Andere scenario’s voor de verdwijning, zoals een vrijwillig vertrek of zelfdoding, zijn onderzocht en kunnen als niet aannemelijk worden weggestreept.

Een belangrijke verklaring in het onderzoek komt van de ex-vriendin van de verdachte. Een al langer lopend conflict tussen verdachte en Wico zou op de bewuste 17e mei uit de hand gelopen zijn. De verdachte heeft het slachtoffer uit bed gesleurd, van de trap geslagen en zijn keel doorgesneden. De gedetailleerde verklaringen van de vriendin over de gebeurtenissen vinden bevestiging in objectief verkregen bewijs. Zo zijn er in de woning, met name op en rond de trap, bloedsporen van het slachtoffer aangetroffen. De verdachte heeft geprobeerd om de sporen te wissen door de trap grotendeels te vervangen.

Na lang zwijgen heeft de verdachte verklaard dat hij wel in de woning was toen Wico is gedood, maar hij wijst zijn neef aan als degene die Wico om het leven heeft gebracht. Het slachtoffer zou twee dagen dood in zijn woning hebben gelegen, waarna verdachte die neef, die inmiddels overleden is, alleen geholpen zou hebben om het lichaam weg te maken.

Over het wegmaken van het lichaam van Wico heeft verdachte verschillende uitlatingen gedaan. Tegen zijn ex-vriendin heeft hij verteld dat hij het slachtoffer in een vat heeft gestopt, dit vat met een steekkar op een fietskar heeft gezet, richting Duitslang is gefietst en het vat daar heeft verbrand. Onderzoek heeft uitgewezen dat de verdachte in ieder geval over vaten en een fietskar beschikte. Ook is er een steekwagen aangetroffen met bloedsporen, maar het DNA profiel daarvan kon niet worden vastgesteld.

Later heeft verdachte tegen de politie verteld dat hij wel geholpen heeft het lichaam in plastic te wikkelen en met een kruiwagen naar een auto heeft gebracht, maar dat zijn neef met nog een onbekende derde persoon het lichaam van Wico heeft weggebracht. Over die derde persoon wil verdachte verder niets verklaren. Dat verhaal heeft de politie dan ook niet kunnen verifiëren.

Het verhaal dat de neef in de woning was tijdens het doodsteken van het slachtoffer en later ook bij het wegmaken van het lichaam is volgens het OM in strijd met de onderzoekresultaten.

Het OM houdt de verdachte verantwoordelijk voor het doden van Wico en het wegmaken van het lichaam. Van voorbedachte raad is geen sprake, daarom gaat het OM niet uit van moord, maar van doodslag.

‘’Verdachte is volstrekt respectloos omgegaan met het leven en met het lichaam van Wico. Hij heeft Wico laten verdwijnen alsof het een zak vuilnis was. Zo noemt verdachte het ook in een afgeluisterd gesprek: “je kunt hem toch gewoon afschrijven als drugsafval”, zo citeerde de officier van justitie uit dit telefoongesprek. 

‘’Wat ik verdachte enorm aanreken is dat hij niet alleen Wico het leven heeft ontnomen, maar ook de nabestaanden met onbeantwoorde vragen achterlaat. In deze zaak is niet alleen het leven van Wico kapot gemaakt.’’
De officier van justitie vindt het bovendien kwalijk dat verdachte geen enkele verantwoordelijkheid voor zijn daden heeft genomen, maar de schuld in de schoenen van een ander probeert te schuiven: ‘’Verdachte zet zijn neef postuum weg als moordenaar.’’

De verdachte heeft niet mee willen werken aan de observatie in het Pieter Baan Centrum. Dit heeft als gevolg dat het OM hem als geheel toerekeningsvatbaar beschouwt.  Alles afwegende vindt de officier van justitie een gevangenisstraf van vijftien jaar op zijn plaats.