In hoger beroep 7,5 jaar cel geëist voor poging doodslag op sekswerker
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van 7,5 jaar geëist tegen een 27-jarige Volendammer. De man wordt verdacht van poging doodslag op een sekswerker, op 1 maart 2020. De vrouw werd die dag ernstig gewond in haar woning in Amsterdam aangetroffen. Sindsdien ligt zij in coma.
Feiten
Verdachte is diezelfde dag in de woning aan de Oudezijds Achterburgwal aangehouden, nadat hij uiteindelijk zelf de hulpdiensten had gebeld. Uit het onderzoek is duidelijk geworden dat, nadat verdachte urenlang met het slachtoffer had doorgebracht, onenigheid is ontstaan. De verdachte verklaarde dat hij het slachtoffer een duw gaf en vervolgens een waas voor zijn ogen kreeg. Wat er daarna gebeurde zou verdachte niet meer weten.
Levensbedreigend letsel
Uit het onderzoek is gebleken dat slachtoffer meermalen hard geschopt en geslagen is. Over het hele lichaam van de vrouw zijn bloeduitstortingen aangetroffen. Ook is er sprake van botbreuken van de schedel en het aangezicht. De actuele medische toestand van de vrouw is buitengewoon triest: zij ligt als gevolg van het buitensporig geweld in coma en heeft geen enkel perspectief op herstel. Het slachtoffer zal uiteindelijk overlijden door toedoen van verdachte.
Hoger beroep
De officier van justitie eiste in eerste aanleg een gevangenisstraf van acht jaar. De rechtbank heeft verdachte een gevangenisstraf voor de duur van vier jaar opgelegd, met aftrek van het voorarrest. Hierbij hield de rechtbank rekening met de uitzonderlijke omstandigheden van de situatie. Ook de licht verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte is meegewogen in de hoogte van de straf. Zowel verdachte als OM zijn tegen het vonnis van de rechter in hoger beroep, omdat zij zich niet hebben kunnen vinden in de hoogte van de opgelegde straf.
Poging doodslag
Wat het OM betreft, is de opgelegde straf te laag, gelet op de explosie van geweld en de uitzichtloze situatie van het slachtoffer. Daarbij wordt rekening gehouden met de mate van toerekeningsvatbaarheid van verdachte. De advocaat-generaal vandaag in haar requisitoir: “Wat verdachte heeft gedaan is schokkend. Schokkend voor collega’s, [..] schokkend voor de samenleving. Verdachte heeft de naasten van het slachtoffer onpeilbaar verdriet gedaan. Een jonge zelfstandige vrouw, echtgenote en moeder van een jong dochtertje is door buitensporig geweld in coma geraakt. Er is geen enkel perspectief op herstel, het slachtoffer zal uiteindelijk overlijden door toedoen van verdachte. Het is wachten op de dood. Een dood die in de toestand waarin het slachtoffer door verdachte gebracht is, wellicht als genadig moet worden gezien.”