Acht jaar gevangenisstraf geëist tegen facilitator in grootschalige internationale cocaïnehandel
Het OM acht wettig en overtuigend te bewijzen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van invoer van 38,9 kilogram in Rotterdam in de periode van 1 januari tot 20 april 2021 en het medeplegen van de invoer in en uitvoer uit Nederland van ongeveer 575 kilogram cocaïne in de periode van 1 december 2020 tot 16 januari 2021. Het OM eist een gevangenisstraf voor de duur van acht jaar.
“Een ogenschijnlijk normale vrijstaande woning aan de doorgaande straat in het Groningse Beerta, waar een gezin, man, vrouw, twee kinderen en hun huisdieren woonden. Op het oog weinig bijzonders te zien, geen grote onverklaarbare luxe. Zeker niet als de baan van de man in ogenschouw wordt genomen, een baan met een behoorlijk salaris. Misschien is de camerabewaking opvallend, misschien ook het gegeven dat dit gezin een caravan heeft op een camping in Eext waaraan flink is verbouwd de afgelopen tijd. Maar eerlijk gezegd: niet het pand van een belangrijke speler in de wereld van de harddrugstransporten naar Europa. Maar die woonde daar wel.”
Zo start het requisitoir van de officier van justitie vandaag in de rechtbank in Assen waar een 44-jarige man uit Beerta terechtstaat op verdenking van grootscheepse internationale cocaïnehandel. Hij zou betrokken zijn geweest bij in elk geval twee cocaïnetransporten naar Rotterdam en Antwerpen, waarbij in totaal ruim 600 kilo werd ingevoerd. Om te communiceren binnen de groep gebruikte hij ge-encrypte telefoons van de dienst Sky ECC. “Het gebruik van deze telefoons was bedoeld om heimelijk te houden wat er gedaan werd, maar juist door het gebruik van Sky liep verdachte tegen de lamp”, aldus de officier. Justitie in Nederland, België en Frankrijk waren al enige tijd bezig met onderzoek naar Sky ECC en de gezamenlijke inspanningen hebben er niet alleen toe geleid dat de dienst uit de lucht is gehaald, maar ook dat alle versleutelde communicatie ontsloten werd.
“En zo komt het dat een man, die nooit eerder de aandacht van justitie op zich vestigde, sinds 3 mei 2021 vast zit en wat het OM betreft aankijkt tegen jarenlange gevangenisstraf”.
Uit de chatberichten en bestanden uit de laptop van verdachte komt volgens het OM voldoende naar voren dat verdachte wist dat hij een schakel was in een keten die drugs importeerde. Het OM is van mening dat verdachte in elk geval begin 2020 wist dat er sprake was van grootschalige drugsimport. De officier: “Als we dus kijken naar het transport van de cocaïne die op 20 april in Rotterdam arriveert, dan weten we dat verdachte dan al lang en breed welbewust en doelbewust bezig is met de invoer van grote hoeveelheden cocaïne naar Europa.”
De data die op 25 maart 2021 uit het onderzoek zijn verkregen zien echter niet alleen op het dan nog onderweg zijnde transport naar Rotterdam, ze maken ook duidelijk dat er op dat moment al een transport heeft plaatsgevonden, waar de groep met daarin verdachte ook bij is betrokken. De officier: “Het gaat om een transport van veel grotere omvang naar de haven van Antwerpen. Daar is op 16 januari 2021 ruim 575 kilo cocaïne aangetroffen, verstopt in een container met als deklading schroot. De straatwaarde van deze partij bedraagt bijna €30 miljoen.”
De verdachte wordt door het OM gezien als facilitator. Zijn activiteiten zijn cruciaal voor het uitvoeren van wereldwijde drugstransporten. De officier: “Van het regelen van deklading en vrachtbrieven, de checks van de douane, inklaren van goederen, fytosanitaire keuring, het afhalen van de containers tot aan de daarmee gepaard gaande controle en het verdere vervoer over de weg. Deze activiteiten die door verdachte zijn verricht waren zonder meer cruciaal voor het vervoeren van de cocaïne van Zuid-Amerika naar de havens van Rotterdam en Antwerpen. Zonder hem zouden de transporten nagenoeg niet mogelijk zijn geweest.”
Het OM acht wettig en overtuigend te bewijzen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van invoer van 38,9 kilogram in Rotterdam in de periode van 1 januari tot 20 april 2021 en het medeplegen van de invoer in en uitvoer uit Nederland van ongeveer 575 kilogram cocaïne in de periode van 1 december 2020 tot 16 januari 2021.
Het OM eist een gevangenisstraf voor de duur van acht jaar.