OM eist in hoger beroep TBS met dwangverpleging voor steekpartij op Albert Cuypmarkt

Vandaag heeft het Openbaar Ministerie (OM) in hoger beroep TBS met dwangverpleging geëist tegen een man van 43 jaar. Hij wordt verdacht van een dubbele poging doodslag en een zware bedreiging op de Albert Cuyp markt in Amsterdam.

Zonder aanleiding

Op 16 maart 2019 worden daar twee marktkoopmannen, en man en zijn zoon, plotseling en zonder aanleiding meerdere malen diep gestoken. De echtgenote van de man wordt bedreigd door de verdachte, die met het mes in zijn hand op haar af rent. De verdachte wordt kort daarna in zijn winkel aangehouden.

Psychose

De verdachte wordt door deskundigen onderzocht. Hij verblijft sinds 2007 in Nederland en heeft sinds zijn aankomst in Nederland last van paranoïde gedachten en ideeën die zich voordoen in psychotische perioden. Volgens de deskundigen zat de man tijdens de aanval in een psychose en zij adviseren de rechtbank, bij de behandeling in eerste aanleg, hem niet toerekeningsvatbaar te verklaren. De rechtbank ontslaat de man van rechtsvervolging en legt in eerste aanleg TBS met voorwaarden op. Zowel de verdachte als het OM gaan in hoger beroep. Volgens het OM is dit niet de route die de samenleving het beste beschermt. Zowel in eerste aanleg als nu in hoger beroep eist het OM TBS met dwangverpleging.

Veiligheid staat voorop

De advocaat-generaal van het OM, de aanklager in hoger beroep, legt uit: ‘Uit een recente rapportage van de reclassering blijkt dat de verdachte stabiel functioneert in een gestructureerde omgeving. Wel wordt de kans op een terugval, zonder zorg, als groot ingeschat. Een TBS met voorwaarden dekt dit risico onvoldoende af. De veiligheid van personen staat wat mij betreft voorop. De verdachte vormt een té groot gevaar voor de samenleving. Om die reden moet de verdachte langere tijd in beeld blijven zodat kan worden ingegrepen in het geval van psychische problemen. Om gevaar voor anderen te voorkomen, is deze strengere setting echt meer passend.’

Impact op slachtoffers

Hij benadrukt ook de impact op de slachtoffers: ‘De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan twee pogingen tot doodslag en een bedreiging. Dat zij ernstige feiten. Hij heeft de slachtoffers terwijl zij aan het werk waren op de markt volstrekt uit het niets aangevallen met een mes en hen meermalen gevaarlijk geraakt. Door zo te handelen heeft de verdachte hun persoonlijk leven geschonden en door dit in de openbaarheid te doen ook een gevoel van onveiligheid veroorzaakt. De aanval heeft een enorme impact op de slachtoffers gehad, evenals op de dochter en zus die getuige is geweest van de aanval op haar ouders en haar broer.’

Het gerechtshof in Amsterdam doet op 2 juni 2021 uitspraak in deze zaak.