Geweldplegers en relschoppers snel voor de rechter
Het Openbaar Ministerie Noord-Holland gaat zeven verdachten, die op 25 januari in Haarlem, Zaanstad, Alkmaar en Hoorn zijn aangehouden, op 28 en 29 januari voorgeleiden aan de rechter-commissaris. De mannen zijn tussen de 15 en 37 jaar oud en worden verdacht van openlijk geweld, bezit van verboden vuurwerk, bedreiging en opruiing (oproepen tot overtreden van de avondklok of oproepen tot geweld, al dan niet via sociale media). Het OM vindt het van groot belang dat dit criminele gedrag snel wordt afgestraft en dat de verantwoordelijken de rekening betalen. De insteek van het OM is dat verdachten zich, in de zaken waar het kan, via snelrechtzittingen op 5 en 9 februari moeten verantwoorden bij de strafrechter.
In deze moeilijke tijd wordt een beroep gedaan op ieders solidariteit. Vernieling van spullen, nota bene van buurtgenoten of van winkeliers en horecaondernemers uit de wijk, die ieders steun hard nodig hebben, staat daar haaks op. Ook het (oproepen tot) geweld tegen politieambtenaren, hulpverleners of tegen aanwezige journalisten vraagt om een stevige aanpak. Deze asociale relschoppers verdienen niet alleen collectieve afkeuring en verontwaardiging, maar ook een passende straf en het vergoeden van de gemaakte schade.
De zaken tegen de overige aangehouden relschoppers zijn op andere wijze afgedaan: een aantal meerderjarigen is beboet dan wel uitgenodigd voor een OM-zitting vanwege overtredingen (o.a. overtreding avondklok, geen identiteitsbewijs op zak); twee minderjarigen moeten zich in april verantwoorden op een besloten OM-zitting wegens wederspannigheid en overtreding van de Wet Wapens en Munitie (het betrof een zakmes en een baksteen); de zaken van twee andere minderjarigen zijn overgedragen aan de OM-onderdelen Den Haag en Amsterdam vanwege de woonplaats van verdachten. In enkele zaken vindt nog nader onderzoek plaats en neemt het OM op korte termijn een afdoeningsbeslissing.