OM eist 16 jaar cel in hoger beroep moord Parsa Maboud
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van 16 jaar geëist tegen een 27-jarige man uit Dordrecht. Hij wordt ervan verdacht op 28 mei 2017 de toen 21-jarige Parsa Maboud uit Zoetermeer te hebben doodgeschoten.
Het slachtoffer was die bewuste avond aan het barbecueën in Rotterdam. Verdachte is daar toen met een vriend, die op een later moment ook terecht staat voor zijn rol in deze zaak, naar toe gereden. Getuigen verklaren dat verdachte direct bij aankomst begon met schieten en daarbij de naam van het slachtoffer riep. Verdachte heeft bekend te hebben geschoten maar stelt dat hij op dat moment de onenigheid die hij met het slachtoffer had wilde uitpraten.
De rechtbank veroordeelde de verdachte in eerste aanleg voor moord en het voorhanden hebben van een vuurwapen. In het vonnis werd in strafmatigende zin meegewogen dat het waarschijnlijk is dat verdachte en slachtoffer elkaar kenden uit het drugsmilieu en dat het slachtoffer verdachte langere tijd zou hebben geïntimideerd en bedreigd, onder meer bij een beroving met een vuurwapen. Verdachte kreeg een gevangenisstraf van elf jaar opgelegd. Het Openbaar Ministerie meent dat die straf geen recht doet aan de ernst van de feiten en ging dan ook tegen die uitspraak in hoger beroep.
In hoger beroep laat de advocaat-generaal (AG) weten in de beroving, die zich zo’n negen maanden voor de feiten afspeelde, geen strafmatigende omstandigheid te zien. Ook blijkt wat het OM betreft uit het dossier niet van andere bedreigingen of intimidaties. Wat het OM betreft is sprake van voorbedachte raad, dus moord. Verdachte heeft zijn oorspronkelijke plannen voor die avond afgezegd toen hij vernam dat het slachtoffer ergens zat te barbecueën en heeft vervolgens besloten daar heen te rijden, de auto uit het zicht te laten parkeren en een capuchon ver over zijn hoofd te trekken voordat hij naar de woning waar het slachtoffer zat toeliep. Na de eerste schoten zou verdachte nog een tweede reeks aan schoten hebben gelost.
“Er is hier sprake geweest van een kille afrekening. De verdachte heeft op een avond in een woonwijk voor de ogen van anderen iemand in koelen bloede doodgeschoten. De verdachte heeft voor eigen rechter gespeeld”, aldus de advocaat-generaal in het requisitoir. De relatief jonge leeftijd van verdachte ten tijde van de feiten is wat de AG betreft ook geen reden voor strafvermindering. “Ook het slachtoffer was jong. Parsa had nog een heel leven voor zich, een leven dat is beëindigd door verdachte.”
Het hof doet (naar verwachting) uitspraak op 22 oktober.