Veroordelingen in twee coronazaken
Twee personen zijn vandaag door de politierechter Midden-Nederland veroordeeld tot deels voorwaardelijke celstraffen voor bedreiging of belediging door te hoesten of te spugen in het gezicht van een agent en een supermarktmanager. Beide slachtoffers voelden zich niet alleen respectloos behandeld maar ook bedreigd vanwege het risico op besmetting met het dodelijke coronavirus.
Een van de verdachten is een 18-jarige vrouw uit Hilversum. Op 29 april werd zij op de Erfgooiersstraat in Hilversum aangehouden vanwege te hard en gevaarlijk rijden. Bij de aanhouding vroeg een van de agenten of zij corona had. Zij beaamde dit en hoestte in het gezicht van de agent die voelde dat de spetters hem in het gezicht raakten.
De andere verdachte is een 24-jarige man uit Utrecht die op 28 april samen met anderen de Jumbosupermarkt aan de Euterpedreef in wilde. Toen de medewerker hem zei dat dit niet mocht vanwege het deurbeleid, werd de verdachte agressief. Inmiddels was de manager erbij gekomen. De verdachte pakte de manager hardhandig beet, schold hem uit en spuugde hem twee keer midden in zijn gezicht.
De officier van justitie vond de bedreiging met zware mishandeling van de agent bewezen op basis van de diverse verklaringen. Ze hield rekening met de persoonlijke omstandigheden, waaronder de jonge leeftijd van de verdachte, en eiste een gevangenisstraf van drie weken waarvan 19 dagen voorwaardelijk en honderd uur werkstraf. De politierechter legde eenzelfde celstraf op en matigde de werkstraf tot 80 uur.
In de zaak van de man, die op camerabeelden door de politie werd herkend, vond de officier bedreiging, mishandeling en belediging bewezen. Tegen hem eiste de officier een gevangenisstraf van zes weken, ook gelet op het strafblad van de verdachte. Daarnaast moet hij een werkstraf doen voor een eerder opgelegde voorwaardelijke straf. De politierechter vond dat er geen sprake was van bedreiging omdat de verdachte niet met de besmetting had gedreigd. De mishandeling vond hij wel bewezen en ook belediging, zowel voor het schelden als het spugen. Hij veroordeelde de man tot zeven dagen celstraf waarvan vijf voorwaardelijk en 32 uur werkstraf.
Beide verdachten moeten de immateriële schade van de slachtoffers, resp. 350 en 150 euro, vergoeden.