Regiezitting in onderzoek naar zorgaanbieder Fundament
Het onderzoek naar pgb-fraude door zorgaanbieder ‘Fundament, dragers in de zorg’ is na lang onderzoek nu aangebracht voor behandeling bij de meervoudige kamer van de rechtbank Midden-Nederland. Zowel de rechtspersoon als twee natuurlijke personen worden vervolgd. Op woensdag 19 juni start de behandeling van de zaak met een regiezitting.
Een 64-jarige man uit Utrecht, vennoot van de onderneming, wordt verdacht van valsheid in geschrifte in het voeren van de financiële administratie van de onderneming in de periode 2012 – 2014. Zowel OHRA als Zilveren Kruis Zorgverzekeringen hebben hiervan aangifte gedaan. In het onderzoek is de cliëntenadministratie in beslag genomen. Een aantal dossiers is onderzocht en er is een financiële analyse gemaakt van de aanvragen, de ontvangst, het beheer en de verantwoording van persoonsgebonden budgetten. Op basis van de onderzoeksbevindingen wordt de man ervan verdacht verantwoordingsformulieren, facturen en andere documenten te hebben vervalst, zodat slechts een deel van de zorg – geschat wordt een derde deel – waarvoor subsidies werden verstrekt, ook daadwerkelijk werd geleverd. Met het deel waarvoor geen zorg is geleverd, is een bedrag van ruim 2,5 miljoen euro gemoeid.
Daarnaast wordt de vennoot van Fundament ervan verdachte budgetten te hebben doorgestort naar zijn eigen rekening. Dit betrof budgetten van cliënten van wie hij niet alleen de zorgaanbieder was maar voor wie hij ook als bewindvoerder optrad. Tenslotte wordt de man vervolgd voor overtreding van de Wet Marktordening Gezondheidzorg (WMG), een economisch misdrijf. Volgens deze wet is een zorgaanbieder verplicht om een administratie te voeren met daarin een verantwoording van de afgesproken en geleverde zorgprestaties waaronder wanneer en door wie de zorg is geleverd.
De medeverdachte, een 40-jarige vrouw uit Vleuten, die bij Fundament werkte als begeleider en later als manager, wordt verdacht van medeplegen van of medeplichtigheid aan de valsheid in geschrifte. De organisatie zelf wordt verdacht van valsheid in geschrift en overtreding van de WMG.
De rechtszaak begint op woensdag 19 juni, om 9.00 uur. Dit betreft een regiezitting. De inhoudelijke zitting zal naar verwachting worden gehouden op 16 en 17 november 2019.