Genocide Rwanda: verdachte aangehouden in Nederland
Het Team Internationale Misdrijven van de politie heeft dinsdag in Leersum een 69-jarige Rwandees aangehouden. Rwanda heeft om de uitlevering gevraagd van Venant R., omdat hij ervan verdacht wordt betrokken te zijn geweest bij genocide in Rwanda in 1994.
In 1994 was R. regiodirecteur van ISAR Rubona, een landbouwinstituut gelegen buiten de zuidelijke stad Butare in Rwanda. Toen in april 1994 het vermoorden en verkrachten van Tutsi’s begon, verzamelden meer dan duizend Tutsi mannen, vrouwen en kinderen zich op het terrein van ISAR Rubona.
Velen van hen hadden als gevolg van de moordpartijen elders in Rwanda hun woonplaats verlaten en toevlucht gezocht op het terrein van het landbouwinstituut. De Rwandese autoriteiten verdenken de opgeëiste persoon er onder andere van dat hij militairen en milities naar ISAR Rubona haalde die de Tutsi vluchtelingen hebben gedood.
Asielaanvraag
R. vroeg in 2000 om toelating als vluchteling in Nederland. De IND wees zijn asielaanvraag af omdat het vermoeden bestond dat de man betrokken was geweest bij de genocide. Het beroep dat hij tegen deze afwijzing instelde werd door de rechter verworpen.
De genocide in Rwanda in 1994 heeft aan circa 800.000 burgers het leven gekost.
Voor het Nederlandse Openbaar Ministerie is uitgangspunt dat opsporing en vervolging van internationale misdrijven zoveel mogelijk plaatsvinden in het land waar de misdrijven zijn gepleegd. Daar bevindt zich het bewijs, daar zijn de procesdeelnemers ingevoerd in taal, cultuur en achtergronden van gebeurtenissen. Ook bevinden zich daar over het algemeen de meeste slachtoffers en nabestaanden.