Agenten gebruikten terecht vuurwapen op 5 mei
De agenten die op 5 mei hebben geschoten op de verdachte van een steekpartij in Den Haag, hebben rechtmatig gehandeld. Dat concludeert het Openbaar Ministerie na onderzoek door de Rijksrecherche. Het OM oordeelt dat het politieoptreden in lijn was met de ambtsinstructies; de agenten mochten hun vuurwapen gebruiken om de verdachte aan te houden.
De verdachte had die middag op het Johanna Westerdijkplein meerdere mensen met een mes gestoken. Bij zijn aanhouding is door drie agenten in totaal negen keer geschoten. Het gaat om zeven gerichte schoten en twee waarschuwingsschoten.
Voor de agenten was duidelijk dat verdachte meerdere mensen had neergestoken. Verdachte weigerde ondanks vele waarschuwingen zijn wapen neer te leggen en kwam juist met getrokken mes op een van de agenten af. Deze diender en een collega hebben toen min of meer gelijktijdig meerdere schoten gelost richting de benen van verdachte.
Eenmaal op de grond bleef de houding van verdachte bedreigend, liet hij nog altijd het mes niet vallen, maar maakte aanstalten om weer op te staan of zichzelf iets aan te doen. Op dat moment is opnieuw geschoten, zowel in het been van verdachte als ter waarschuwing.
Kort hierna arriveerde een speciale eenheid; die heeft verdachte met behulp van een taser onder controle gebracht en aangehouden.
Gebruik vuurwapen was geoorloofd
Het Openbaar Ministerie oordeelt dat er voor de agenten noodzaak was om verdachte aan te houden en dat zij reden hadden om te vrezen voor hun leven, dat van een collega of anderen, of dat van verdachte. In die situatie was het gebruik van het vuurwapen geoorloofd. Deze conclusie is inmiddels gedeeld met de betrokken agenten.
Rechtbank hoort agenten nog
Tegen de verdachte loopt een rechtszaak waarin hij zich komend voorjaar zal moeten verantwoorden voor het steekincident. In dat proces wil de rechtbank zich ook een eigen oordeel vormen over de rechtmatigheid van het schieten door de agenten. Daartoe zullen de drie agenten in februari door de rechter-commissaris als getuigen worden gehoord, zo is op de laatste pro-formazitting besloten.