Strak kader voor man die inreed op terras Voorstraat

Tegen de 27-jarige man die op 11 oktober vorig jaar inreed op een terras bij coffeeshop Pleasure aan de Voorstraat in Utrecht is vandaag een lange voorwaardelijke celstraf geëist met daarbij een groot aantal maatregelen gericht op het voorkomen van herhaling. De officier van justitie had poging  doodslag, rijden onder invloed van cannabis en vernieling ten laste gelegd.

Getuigen hebben verklaard dat de auto ter hoogte van de City bioscoop het trottoir op reed, waarna de bestuurder niet remde maar gas gaf, in de richting van de coffeeshop reed, vervolgens stoelen en tafels van het terras van het naast gelegen restaurant ramde en met een kapot linker voorwiel tot stilstand kwam. Iedereen wist op tijd weg te springen zodat niemand gewond raakte. Behalve het terrasmeubilair werd ook een fiets beschadigd.

De portiers van de coffeeshop herkenden de bestuurder van de auto als een man die ze eerder die dag de toegang tot de coffeeshop hadden geweigerd omdat hij geen ID kon tonen. Ook de bijrijder, de moeder van de verdachte, werd herkend. De portiers hadden de indruk dat de verdachte hen expres wilde aanrijden.  Dit wordt bevestigd door zijn verklaring bij de politie. Hij zag “diezelfde vent” weer staan toen hij langs reed en dacht “fuck it, val allemaal maar dood”. Op de zitting vandaag verklaarde hij dat het in een opwelling gebeurde en hij eigenlijk geen doel voor ogen had.

De verdachte, een vluchteling uit Iran, lijdt aan depressies, heeft suïcideneigingen en een persoonlijkheidsstoornis met narcistische en borderline trekken. Hij heeft een sterk getraumatiseerde jeugd door de oorlog in Iran, door misbruik in een AZC, door zijn gewelddadige vader en het wonen in instellingen. Om rustig te blijven, gebruikt hij veel cannabis. Na zijn middelbare school werkte hij als ict’er en woonde hij op zichzelf. Vorig jaar zat het hem tegen. Hij verloor zijn werk, zijn relatie ging uit en hij maakte schulden. Dat alles heeft volgens de deskundigen doorgewerkt in zijn handelen op de bewuste 11 oktober en daarom moet hij als verminderd toerekeningsvatbaar worden gezien.

Uit het technische onderzoek kwam naar voren dat de auto met een snelheid van 35 kilometer per uur over de stoep reed, en dat de afstand tussen de gevel en de auto tussen de 28 en 41 centimeter was. De auto was rijtechnisch in orde.

De officier vond dat er sprake was van voorwaardelijke opzet op de dood. Dat wil zeggen dat hij de kans heeft aanvaard dat door zijn handelen iemand was komen te overlijden. De snelheid was gezien de situatie hoog, mensen zijn minder op hun hoede op de stoep, de portiers en ook andere mensen hadden geen uitwijkmogelijkheden en als iemand was geschept, dan was de kans dat hij zou zijn meegesleurd of overreden groot.

De officier gaf aan dat het gebruikelijk is voor feiten als deze 24 maanden gevangenisstraf te eisen. Maar rekening houdend met alle omstandigheden, vond ze het voorkomen van herhaling voorop staan. Daarom hoeft de verdachte niet terug naar de cel en kan volstaan worden met een gevangenisstraf van 720 dagen waarvan 633 dagen voorwaardelijk. De verdachte kan zodoende verder met de behandeling die goed verloopt. Maar daarbij is wel een strak kader geboden. Ze eiste daarom klinische opname voor maximaal twee jaar, daarna ambulante behandeling, toezicht door Reclassering, een meldplicht, het volgen van de aanwijzingen van Reclassering, een verbod op het gebruik van alcohol en cannabis en urinecontrole, een locatieverbod voor de Voorstraat, een ontzegging van de rijbevoegdheid voor vijf jaar en een proeftijd voor dit alles van vijf jaar. Tenslotte vroeg ze de vorderingen van de benadeelde partijen, 600 euro voor de portiers en 100 euro voor de kapotte fiets, toe te wijzen.