Hoge celstraf geëist voor bijzonder gewelddadige straatroof
Met buitensporig geweld werd eind december 2016 een jong stel op straat beroofd. Ze kregen zulke harde klappen dat de vrouw haar arm brak en de man een gekneusde oogkas opliep. Ook raakte hij doof door een gat in zijn trommelvlies. Tot slot werd hij, midden in de winter, in de ijskoude gracht geduwd. Het Openbaar Ministerie eiste vandaag 8 jaar cel tegen de 32-jarige verdachte.
De verdachte was in de tram aangesproken, omdat hij had gedronken. Daarop checkte hij uit, precies op het moment dat ook het stel uit de tram stapte. Ze maakten elkaar attent op de dronken man, die hen vervolgens volgde en aansprak. Toen de man van het stel zei dat verdachte ze met rust moest laten, omdat hij anders de politie zou bellen, sloeg de verdachte hem meteen in zijn gezicht.
Daarna werd hij in het water geduwd en kreeg ook de vrouw klappen. De verdachte ging ervandoor met de telefoon van de man en de portemonnee van de vrouw. De telefoon is verdwenen, de portemonnee werd vlakbij in de bosjes teruggevonden, er was niets uit gehaald. De man wist zelf uit de gracht te komen, maar was inmiddels flink onderkoeld geraakt.
'En waar was dit nu allemaal goed voor?' vroeg de officier van justitie op zitting. 'Wilde verdachte echt koste wat het kost die telefoon en portemonnee? Was hij geïrriteerd dat hij in de tram was aangesproken op zijn gedrag? Of omdat de man en vrouw over hem praatten? Omdat ze zeiden dat ze de politie gingen bellen? Ik heb werkelijk geen idee.'
Verdachte heeft ondanks zijn jonge leeftijd al lange tijd in de gevangenis gezeten. Hij kreeg eerder 14 jaar opgelegd voor onder andere het medeplegen van moord. Na zijn vrijlating was hij alweer veroordeeld. Ook na die tweede veroordeling vertoonde hij zorgwekkend en grensoverschrijdend gedrag. En nu stond hij dus opnieuw voor de rechter. 'Voor een ernstig feit', begon de rechter de zitting. 'Vind u?' antwoordde verdachte.
'Het lijkt erop dat verdachte niet weet hoe hij zich - buiten detentie - moet gedragen', stelde de officier van justitie. Ze vindt het noodzakelijk om de samenleving tegen hem te beschermen, maar aanknopingspunten voor tbs zijn er niet. En aangezien een eerdere lange gevangenisstraf hem niet heeft afgeschrikt opnieuw strafbare feiten te plegen, ziet ze maar één oplossing: opnieuw een lange straf.