Celstraffen geëist voor jarenlange hennepteelt en grootschalig witwassen
Tegen twee mannen uit Nijkerk en Hoogland heeft het Openbaar Ministerie vandaag onvoorwaardelijke celstraffen van 24 en 18 maanden geëist. De twee worden verdacht van het vormen van een criminele organisatie gericht op hennepteelt. Voor een derde vermeend lid van de organisatie met een ondergeschikte rol vroeg de officier van justitie een voorwaardelijke celstraf van twee maanden en een werkstraf van 180 uur. De hoofdverdachte en zijn vriendin worden ook verdacht van het witwassen van ruim vier ton aan illegaal verkregen contanten. Dit bedrag moeten zij van het Openbaar Ministerie aan de staat betalen. Tegen de vrouw is een voorwaardelijke celstraf van zes maanden en een werkstraf van 240 uur geëist.
De zaak kwam aan het licht nadat de politie in januari 2015 bij toeval in een woning en bijbehorende schuur aan de Coelhorsterweg in Hoogland een in bedrijf zijnde hennepknipperij en ruim 36 kilogram hennep werden aangetroffen. Ook vond de politie zaken als afzuigapparatuur, een drooghok en stekjes, wat het vermoeden deed rijzen dat er al langere tijd professioneel hennep geteeld werd. Dit vermoeden werd bevestigd door onderzoek naar de eveneens in beslag genomen administratie, door het horen van diverse getuigen en door het aftappen van telefoongesprekken. Hieruit blijkt dat de 55-jarige bewoner van het pand zich samen met de twee andere verdachten tussen april 2014 en februari 2016 in georganiseerd verband bezig heeft gehouden met de teelt en verwerking van hennep.
Het Openbaar Ministerie ziet de 45-jarige man uit Nijkerk als de leider en de financierder van de organisatie. Onderzoek naar de gezamenlijke huishouding van deze verdachte en zijn vriendin toont aan dat zij gezamenlijk in de periode tussen 2011 en 2016 ruim 400 duizend euro contant uitgaven, waarvoor geen legale herkomst is gebleken. Het salaris dat de vrouw ontving, blijkt uit twee valse dienstverbanden te komen waarvoor zij nooit enige tegenprestatie leverde. Ook voor andere beweerde inkomsten, zoals een erfenis, diverse leningen en opbrengsten uit handel met Chinese bedrijven, hebben de verdachten geen verifieerbare onderbouwing kunnen geven. Het stel gebruikte onder meer dure boten en auto’s waarvan schimmig werd gehouden wie de eigenaar was. Het Openbaar Ministerie gaat er vanuit dat de genoemde 400 duizend euro een criminele herkomst heeft en vordert ook ontneming van dit genoten voordeel.
Bij de zoekingen die plaats vonden in het kader van het onderzoek trof de politie in het huis van de verdachte uit Hoogland ook een partij valse merkkleding, een deel van een vuurwapen en munitie aan. Ook hiervoor is de Hooglander vervolgd. De hoofdverdachte uit Nijkerk is tevens het bezit van pepperspray ten laste gelegd.
De officier van justitie van justitie neemt het de verdachten kwalijk dat de misdrijven over een lange periode plaats vonden en dat ze puur gericht waren op geldelijk gewin. Hiermee ondermijnden zij de reguliere samenleving. “Voor alle verdachten geldt dat ze leven van de opbrengsten van de criminaliteit. Ze plaatsen zich hiermee buiten de maatschappelijke orde, waarmee een schaduworde in het leven wordt geroepen”, aldus de officier van justitie.
Maandag 4 december bepaalt de rechtbank wanneer er uitspraak gedaan zal worden.