Acht jaar plus TBS geëist in zaak Kloosterburen

Het OM Noord-Nederland eiste vanochtend acht jaar gevangenisstraf en TBS met dwangverpleging tegen een 27-jarige man en een 28-jarige vrouw, beiden uit Kloosterburen. Zij worden ervan verdacht op 1 januari 2016 Jesse van Wieren met geweld om het leven te hebben gebracht.

Het slachtoffer, een 28-jarige jarige man uit Leens werd op nieuwjaarsdag 2016 als vermist opgegeven, waarna een grote zoekactie plaatsvond. Na tips en onderzoek kon de politie dinsdag 5 januari een zoeking doen in de woning van de 27-jarige verdachte. Daar werd het lichaam van het slachtoffer gevonden in de tuin, waar hij begraven was.

Medeplegen doodslag

Het OM vindt dat medeplegen doodslag bewezen kan worden. Uit de bewijsmiddelen blijkt dat de verdachten geen vooropgezette plannen hadden om Jesse van het leven te beroven, maar dat zij in een opwelling hebben gehandeld nadat ze mogelijk ruzie hadden gekregen. Beide verdachten hebben geweld gepleegd tegen het slachtoffer, waardoor hij is komen te overlijden. Na zijn overlijden hebben verdachten samen het huis schoongemaakt en afspraken gemaakt over wat ze zouden zeggen als er vragen werden gesteld.  Dat maakt dat de officier van mening is dat er sprake is van medeplegen.

Noodweer

Volgens de verdediging zouden de verdachten hebben gehandeld uit noodweer.

Jesse van Wieren zou die nieuwjaarsochtend plotseling zijn opgedoken bij de woning van verdachten. Daar zou Jesse gewelddadig zijn geworden waardoor de verdachten zich moesten verdedigen.  De verklaringen van verdachten zijn daarbij telkens anders en tegenstrijdig. Ook de de reconstructie die in februari 2016 heeft plaatsgevonden, kon de verklaringen van verdachten niet staven. Volgens het OM klopt hun verhaal ook niet met de feiten uit het politieonderzoek. De verwondingen die bij de verdachten zijn aangetroffen wijzen er niet op dat Jesse hen verwond zou hebben en dat zij zich hebben moeten verdedigen. Het OM is van mening dat er geen sprake is van noodweer.

TBS

Voor beide verdachten geldt dat zij tijdens het plegen van het strafbare feit verminderd toerekeningsvatbaar waren en dat de kans op recidive groot is. Het OM is, samen met de deskundigen, van oordeel dat de veiligheid van anderen in gevaar komt wanneer zij zonder adequate behandeling in de maatschappij terugkeren.  De officier vordert naast de gevangenisstraf het opleggen van de maatregel terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege.